AK-NM-6657 Bekervaas • Overgangsporselein • Onderdeel van Royers porseleincollectie • Op de bodem in potlood: ‘No 22’. Betekenis niet bekend • Gepubliceerd: Jörg 1997, nr. 65 • Met dank aan Fan Lin, Qinxin He and Erika Riccobon, Universiteit Leiden, voor informatie over de voorstelling De vorm van deze bekervaas, wijd uitlopend naar boven en beneden en met een verdikking in het midden, grijpt terug op de bronzen gu uit de Chinese oudheid. Het is een gebruikelijke vorm in het Overgangsporselein dat naar Europa werd verscheept. Waarschijnlijk werden ze als ‘bekers’ aangeduid in de VOC bestellingen en ladinglijsten. ‘Bekers’, in verschillende spellingen en formaten, worden daar regelmatig genoemd. De vaas is gedecoreerd met spelende kinderen. Een jongen rijdt op een hobbelpaard, een andere jongen draagt een groot lotusblad als een parasol en een derde slaat op een gong waarop het karakter jin (metaal) staat. Deels komen deze bezigheden voor in bekende Chinese zegswijzen. Het hobbelpaard komt voor in een beschrijving van de intimiteit en onschuld van de jeugd; met het slaan van de gong wordt het leger teruggeroepen. Deze associaties maakte de vaas tot een betekenisvol object voor Chinese kopers. Bronnen: Christiaan J.A. Jörg, Chinese ceramics in the collection of the Rijksmuseum, Amsterdam : the Ming and Qing dynasties, Londen, 1997.