annotation: ‘Kloos, die hier juist was, vond de neus te/ dik en te rond, meer top. Ook maakte hij de/ opmerking dat Perk niet boos keek maar/ in gedachtgen zat.’
annotation: ‘Op de achterkant van deze zijn enkele blonde partijen/ die volgens Kl. meer in harmonie zijn met de/ indruk die men van heer keeg. Hier doet hij aan een moor, ten minste aan een donkerharigen, denken.’