De prent gaat over de incidenten bij de tolpoort van Muiden, in september1928. De tolheffing bij Muiden was voor velen zeer storend en velen vonden het zeer uit de tijd. Eén van die personen was Floris Vos. Voor zijn werk als melkhandelaar moest hij dagelijks vanuit het Gooi naar Amsterdam via Muiden. Dit kostte hem, naast veel geld, ook veel tijd. Hij besloot op zondag 9 september 1928 een betoging van automobilisten te organiseren. Een grote groep verzamelde zich vervolgens en de stoet ging met een geweldig relaas van claxons en hoorns op weg naar Muiden. Daar was inmiddels bekend geworden dat een groep demonstranten op weg was naar de tolpoort. De burgemeester, De Raadt, en een aantal marechaussees spoedden zich naar de tolpoort om tolbaas Käuderer bij te staan. Toen de groep automobilisten bij de tolpoort arriveerden kwam het verkeer vast te staan. Geen auto kon meer voor -of achteruit en de lokale tram kon niet passeren. De enige oplossing was toen om de tolpoort open te gooien, zonder dat er werd betaald (Floris Vos kreeg een proces verbaal). Nog dezelfde avond nam de burgemeester contact op met de heer Van Vechte, de toenmalige minister van Waterstaat en niet lang daarna verdween de tolpoort van Muiden. Piet van der Hem wijst dus in de prent erop dat door de tolheffingen de handelsbetrekkingen, gesymboliseerd door Mercurius, geschaad worden.