Tegen een vlakke achtergrond zit Maria in profiel naar links op een verhoging met de rechtervoet naar achteren. Zij houdt in beide handen het frontaal geplaatste kind dat op haar schoot staat en zijn hoofd wendt naar de van links komende Johannes. Het kind strekt zijn rechterarm naar hem uit, houdt voor de borst de linkerhand met de wijsvinger in de richting van Johannes. Deze staat in profiel met iets gebogen rechterbeen en heeft de samengevouwen handen onder de kin van zijn naar het kind gerichte hoofd, waarbij hij het kruis met vaantje tussen de armen houdt, Maria draagt een kleed met hoekige halsuitsnijding en met een bij de elleboog ingesnoerde mouw, een band zit strak om het middel. Haar mantel is om de beide benen geslagen, waarbij de blote voeten en het in vele plooien eindigend kleed even zichtbaar zijn. Met haar linkerhand houdt zij de doek, die tussen de benen van het Christuskind doorloopt. Johannes draagt een op één zijde openstaande kemelharen mantel met gordel, waaraan een nap hangt.