Stonden om het graf van Isabella van Bourbon, vrouw van Karel de Stoute. Werd begraven in Antwerpen. Praalgraf stond in directe lijn met het graf van haar vader Filips de Stoute (met de rouwstoet) Hier zijn we geen random stoet, maar een figuratieve stamboom van voorgangers. Omringd door haar voorouders.
- Te zien in 0.1
Islamitische teksten gecombineerd met westerse Latijnse teksten en westerse wapenschilden. Wapenschild van Elisabeth van Karinthie. Dit bekken is een opdracht van een Siciliaanse koningin aan een atelier in Damascus. Een van de allereerste westerse opdrachten aan een oosters atelier. Typisch Siciliaans.
- Te zien in 0.4
Memorietafel van de heren van Montfoort. Nagedachtenis is een essentieel onderdeel in de middeleeuwen. Vier ridders worden aan Maria ontboden. We zijn hier in de hemel. We zien hun zielen. 'Bid voor hun allerzielen' Allemaal vermoord in oorlog tegen de Friezen. Ze worden door de heilige Joris voorgeleid (modelridder) ze hopen op voorspraak bij God. Ze wilden in de hemel komen. Je moest een haast zondeloos leven leven. Voorportaal in de hemel: vagevuur. Hier doolden de zielen rond totdat ze misschien toegelaten werden. Want een zondeloos leven leefde niemand. Als er genoeg mensen voor je baden, kon die ziel sneller naar de hemel. Veel shcilderijen riepen op: 'Bid voor de overledenen!' Daarom heet het ook een memorietafel. Hun lot in het vagevuur. Helmen en schilden boven hun hoofden. Ridders hadden hun eigen stand en symbolen. Werden gebruikt om een heraldische taal te ontwikkelen. Hiermee konden ze zich onderscheiden van de massa. Hoofs gedrag zit hier ook in verweven. Ideaal figuur: de ridder. Ideaal stond diametraal tegenover de boerse mentaliteit.
- Te zien in 0.2
Maria en Johannes staan onder het kruis. Realisme van Sluter heel echt: Christus hangt aan een echte boom die naar achter helt. De levensboom van Adam en Eva? Het hout van die boom werd wellicht wel gebruikt voor het kruis van Christus. (zo ging het verhaal.) Maria en Johannes zijn vol van emotie. Lange plooienmantel. Haar tranen bewegen mee met de plooien. Johannes beseft dat Jezus echt dood is. Een leeuwin met drie welpen onder het kruis. Men dacht dat welpen drie dagen dood waren totdatde moeder en vaderleeuw brulden en likten. Zij staan symbool voor de drie dagen dat Jezus niet op aarde was. Betekenisvolle details in een totaal nieuwe combinatie. Dit zorgde voor een nieuwe wind in de middeleeuwen. Van Eycks hebben zich op Sluter gebaseerd. Sluter maakte ook het praalgraf van Filips de Stoute. Realistische beeldengroep als rouwstoet. Groot innovator.
- Te zien in 2.30
Hals was een oorlogsmigrant met een ander geloof. Schilderde alleen rijke mensen. Geen geestelijken. Verder duidelijk (praatje als altijd)
- Te zien in 2.30
Uit 1615. Manieristisch bloemstilleven. Wild, donker. Keizerskroonbloem (bovenste) komt uit Perzie. De tulpen werden geintroduceerd. Bloemen verleppen uiteindelijk. Blaadjes vallen er al af. Het tijdelijke eeuwig maken door dit schilderij op te hangen. Het laten zien van de werkelijkheid door gebreken. De muur is een beetje kapot. Zo weet je wat voor muur het is. Zelfs een muisje kruipt naar een klein kruimeltje of blaadje. Dit geeft beweging aan dit stilleven. De echte beweging kun je natuurlijk niet afbeelden als schilder.
- Te zien in 2.6
Dit soort schilderijen hingen in de steden. Het verlangen naar het platteland. Kwam binnen in die stadspaleizen. Je voelt het drassige en water dat op het land ligt. Typisch Nederlands.
- Te zien in 2.6
Het genre: ijsgezicht. Avercamp specialiseerde zich hierin. Er was wel verschil tussen mensen, maar het zorgde vooral voor veel pret. Gesigneerd op het schuurtje. Vol met grapjes. Hij werkte in isolatie. Kon niet spreken en horen.
- Te zien in 2.6
Zeer realistische vis. Hij glanst nog. net gewassen. Daarachter bloemetjes zodat de vis niet teveel stinkt. Oesters ook heel echt. Het moest lijken alsof het er toevallig lag. Alsof jij door een venster kijkt waar die spullen liggen. Klein schilderijtje dat makkelijk op te hangen was. Er ontstond een levendige kunsthandel in de Republiek zo in het begin van de zeventiende eeuw.
- Te zien in 2.30
Uitstalling van lekkere dingen, maar ook het kunnen van de kunstenaar. De horizon ligt erg hoog. Zo kun je veel laten zien. Veel olijven, Duits steengoed op rechts, appels, druiven, kweeperen, brood en oude kazen. Oud, ouder oudst. Werkelijkheid nabootsen was het hoogst haalbare. Als kijker ervaren dat je mee kan zitten aan tafel. Schilders schilderden dus de gebreken, zo echt mogelijk. Verharde appels, snedes van het mes op de kaas. Witte schijnsel op druiven. Schil die langs de tafelrand valt. Het bord steekt uit: illusie van driedimensionaliteit.
- Te zien in 2.1
Carravagist
- Te zien in 2.1
Woonde in Utrecht en werd door het Amsterdamse gilde gevraagd een beker te maken. Dit was gek: een Utrechter moet een beker maken voor een man die in Praag woont. Beker in de kwabstijl. Stijl die de zwaartekracht ontkent. Vormen worden heel vrij en fantasievol. Het aapje draagt de vissenkop, waar de deksel opstaat met een gekke kuif, die overgaat in een handvat dat een aapje is die buigt. Vormen uit de natuur, fantasievormen die de vrijheid zoeken. Geeft het een moderne indruk. Beker uit 1614. Misschien Jugendstill? Nee uit 1614, heel vernieuwend.
- Te zien in 2.9
Eerste vloot naar Azie gaat in 1595 om specerijen te kopen. Tweede vloot gaat met 8 schepen. Een jaar na hun vertrek keren ze terug uit Java en de Bantameilanden vol met specerijen. De handel met de oost legde Nederland geen windeieren: ze verdienden enorm veel. Over de ruggen van anderen weliswaar. Veel uitbuiting en slavernij. Winstgevend. Nieuwe stadspaleizen herrezen. je ziet hier vier schepen, maar ook kleine bootjes die hen verwelkomden. Later werd de WIC opgericht. De wingewesten (Suriname en Antillen) lagen op die routes. Er was een behoefte om de stadspaleizen te vullen met kunst.
- Te zien in 2.1
In een pronkharnas afgebeeld. Hij laat zien dat hij een krijgsheer is. Hij is benoemd tot aanvoerder van het leger en strijdheer. Gaat door me tde opstand tegen de Spanjaarden. Tachtigjarige oorlog is een feit. De setting is duidelijk: grote onrust en oorlog. Tegelijkertijd grote economische welvaart, door hoogopgeleide mensen, iedereen pikte zijn graantje mee. Nederland begon overzee te gaan. Naar Azie.
- Te zien in 2.1
Een van de vele portretten van Willem I, Willem de Zwijger, de Vader des Vaderlands. Geschilderd door Adriaen Key. Als burger kijkt hij ons aan. Zijn zoon Maurits pakt dat heel anders aan.
- Te zien in 2.1
Monumentaal stuk. Herodus hoort dat in Bethlehem een kind is geboren dat de koning van de joden gaat worden. Hij vermoordt alle jongetjes onder de twee jaar. Piece de resistance van Cornelis van Haarlem. Gruwelijkheid. Bijna te gruwelijk om naar te kijken. Hij heeft het gemaakt voor prins Maurits. Toppunt van vreselijkheid: Herodus was een tiran. Misschien een link naar Filips II: de tiran van de Nederlanden. Onder wie het beleg van Haarlem had plaatsgevonden. Kon dienen voor prins Maurits als een voorbeeld. Wees een goede koning. Maar waarom naakte soldaten? Voorbeelden in Italiaanse tradities. Toppunt van spierbundels en de mannelijke anatomie. Hij had kaas gegeten van de menselijke anatomie. We kijken een achterwerk in. Over de top en dus ook esthetisch. Dit typeert de kortgeleefde kunstvorm van manierisme: verhalen vertellen, menselijk lichaam. Die drie mannen van het manierisme uit Haarlem brachten dit naar de voorgrond vlak voor de 17e eeuw.
- Te zien in 2.1
Willem van Tetrode was een beeldhouwer ten tijde van de beeldenstorm. Veel van zijn kunstwerken zijn vernietigd terwijl hij nog leefde, net als veel schilderijen van Maarten van Heemskerck, die dat ook zelf moest meemaken. Willem van Tetrode kreeg na de eerste beeldenstorm de allerprestigieuste opdracht: het altaar van de Oude Kerk in Delft. Na jarenlang beitelen was het af en werd het tijdens de tweede beeldenstorm aan diggelen geslagen. Willem werd nooit meer de oude en verhuisde naar Keulen, wat nog wel katholiek was, en vestigde zich daar. Hier maakte hij dit beeld: Hercules Pomarius, omdat Hercules appels achter zijn rug verstopt. Inspiratie: beeld uit de oudheid. Wijdbeens en uitdagend opzij gekeken. Stoere held in actiestand. Lange benen en woest gezicht.
- Te zien in 0.4
Goede daden van Christenen. Zo zou je moeten leven. Er is veel geweld op dit paneel toegebarcht. Twee soorten beschadigingen. Waterschade aan de randen. De geestelijken zijn gespaard gebleven, daar ging het de beeldenstormers niet om. De weldoeners zijn weggekrast. Hoe kan dit? Het is een daad tegen het rooms-katholieke geloof. Het kwijtschelden van schulden door aflaten. Je kon je barmhartigheid niet kopen, vond Luther, je moest het uit jezelf doen. Daarom zijn de weldoeners zo toegetakeld. (Misschien verhaal over karma??)
- Te zien in 2.1
Dit schilderij is later geschilderd, dus geen ooggetuigeverslag. Maar zo zou het eruit hebben kunnen zien. In 1566 kwamen spanningen tot een hoogtepunt. Tussen augustus en oktober barste de bom en werden enorm veel beelden en kerken en kloosters kapot gemaakt. Hertog van Alva werd gestuurd naar Nederland en indirect begon toen de tachtigjarige oorlog.
- Te zien in 0.6
Visuele parallellen met beeld van Simson. Maarten van Heemskerck zag een wassen beeld van Michelangelo in Rome en maakte daarna deze tekening, gebaseerd op dat beeld.
Nieuwe kunstwerken geladen