Shiva met de maan in het haar

anoniem, ca. 1000 - ca. 1200

De voorste handen van de god maken de gebaren van geruststelling (abhaya-mudra, zijn rechterhand) en van gunstverlening (varada-mudra, zijn linkerhand). In de bovenste handen houdt hij twee van zijn attributen: een bijl en een hert. Deze attributen komen alleen voor op Zuid-Indiase beelden van Shiva.

  • Soort kunstwerkbeeld, beeldhouwwerk
  • ObjectnummerAK-MAK-1291
  • Afmetingenhoogte 40 cm x breedte 24 cm x diepte 10,5 cm