Aan de slag met de collectie:
Model van een oorlogsschip van 40 stukken
anoniem, 1738
Aan het begin van de 18de eeuw huurde de admiraliteit van Amsterdam drie Engelse scheepsbouwers in om de marinescheepsbouw te reorganiseren. Hun voorstellen botsten met die van de Nederlandse scheepsbouwers, onder wie Paulus van Zwijndregt. De Engelsen gebruikten schaalmodellen om hun ideeën te illustreren. Om het geschil op gelijke voet uit te vechten, deed Van Zwijndregt dit ook. Hij moest zijn model wel in Londen laten maken.
- Soort kunstwerkscheepsmodel, demonstratiemodel, rompmodel
- ObjectnummerNG-MC-498
- Afmetingenhoogte 37,9 cm x lengte 127,5 cm x breedte 31 cm
- Fysieke kenmerkenhout, messing, lood, mica en been
Identificatie
Titel(s)
Model van een oorlogsschip van 40 stukken
Objecttype
Objectnummer
NG-MC-498
Beschrijving
Gepolychromeerd, geheel gedetailleerd constructiemodel in drie lagen uit elkaar te nemen, met volhout onder een dichte gladboordige huid. Acht en veertig geschutpoorten verdeeld over drie dekken. Dekken op vijf niveau's: kleine koebrug achter, onderdek, tussendek en luizenplecht, bakdek en halfdek, bovencampanje, alle aangegeven door hun web, de achterste gedeelstes van de bovenste drie dekken beplankt. Het uitgewerkte galjoen heeft een gekroonde leeuw als schegbeeld, geen apostelen, de boegspriet rust op de voorsteven. Gewrongen spiegel, hol wulf met wulfhouten aan de buitenkant en twee poorten, hek van twee verdiepingen met rolwerk, guirlandes en een lege cartouche, zijgalerijen van een verdieping met klokvormige bedaking; recht roer met vierkante roerkoning, luiwagen onder het tussendek, stuurwiel op het halfdek. Kombuis in het ruim, een enkele spil op het onderdek en een op het tussendek, een slagpomp met pompbak en afvoerbuizen op het tussendek een de scheepsbel op het bakdek aan stuurboord. Het model is van alle rusten met jufferblokken voorzien. De zeeg loopt op naar beide uiteinden, het model heeft twee barkhouten en een reehout. Gepiekt rondspant. Opvallend zijn de vervanging van het zaadhout door twee bijzaadhouten, de afwijkende betingconstructie, pisbak en kaapstanders. Onder het loodwit van het onderwaterschip zijn waterlijnen met potlood aangebracht.
Onderdeel van catalogus
Vervaardiging
Vervaardiging
- modelmaker: anoniem, Londen
- naar ontwerp van Paulus van Zwijndregt, Rotterdam
Datering
1738
Zoek verder op
Materiaal en techniek
Fysieke kenmerken
hout, messing, lood, mica en been
Afmetingen
hoogte 37,9 cm x lengte 127,5 cm x breedte 31 cm
Toelichting
Volgens Obreen zou dit model een nieuwe constructiemethode van Leendert van Zwijndregt tonen, die in 1756 op de Admiraliteit op de Maze werd ingevoerd. Er zijn echter geen historische gegevens over een nieuwe bouwmethode door Leendert van Zwijndregt. Wel komt het model in zeer veel eigenaardigheden overeen met de nieuwe bouwmethode van Paulus van Zwijndregt, die door Blaise Ollivier in 1737 beschreven wordt. De Admiraliteit van Rotterdam kocht in 1738 in Londen een model met uitneembare dekken, dat door Paulus van Zwijndregt bij het bouwen van oorlogsschepen gevolgd moest worden. Qua modelbouw vertoont het model veel niet-Nederlandse eigenschappen, maar het schip lijkt wel degelijk Nederlands. Wij achten het daarom waarschijnlijk dat dit model volgens specificaties van Paulus van Zwijndregt in Londen is besteld, om zijn nieuwe bouwmethode te demonstreren in de discussie tussen de in Amsterdam werkzame Engelse scheepsbouwers Davis en Bentam, en de overige Nederlandse scheepsbouwers.
Dit werk gaat over
Persoon
Onderwerp
Plaats
Verwerving en rechten
Copyright
Herkomst
…; sale, widow of Leendert van Zwijndregt, Rotterdam (Pieter Holsteyn), 19 March 1765, ('een konstig gemaakt OORLOG-SCHIP, à 50 Stukken Canon, […] door L. van Swyndregt […] staande in een Glaaze kast op een gesnede Voet; waarbij nog een zeer konstig gemaakte Groote Mast en Steng.');{_Oprechte Haerlemsche Courant_, 12 maart 1765.}…; anonymous sale, Amsterdam (De Brakke Grond), date unknown, to Jochem Pietersz Asmus (1765-1837), Amsterdam;{HNA 2.01.29.02 Dept. Marine, Aanhangsel I, inv. no. 20, La. E no. 11.} sent to the Ministerie van Marine (Department of the Navy), The Hague, October 1818;{HNA 1.01.47.29 Admiraliteitscolleges, Collectie Van der Hoop, inv. no. 187, nota October 1818.} transferred to the museum, 1883
Documentatie
Catalogus Rijksmuseum Nederlands Scheepvaartmuseum, Amsterdam 1928, cat.nr. 20, pl. 16.
Gerelateerde objecten
Onderdelen
Duurzaam webadres
Als u naar dit object wilt verwijzen, gebruik dan de duurzame URL:
Vragen?
Ziet u een fout? Of heeft u extra informatie over dit object? Laat het ons weten!
anonymous
Model of a 40-Gun Ship
London, Rotterdam, 1738
Conservation
- Ab Hoving, januari 1994: minor repairs
Provenance
…; sale, widow of Leendert van Zwijndregt, Rotterdam (Pieter Holsteyn), 19 March 1765, ('een konstig gemaakt OORLOG-SCHIP, à 50 Stukken Canon, […] door L. van Swyndregt […] staande in een Glaaze kast op een gesnede Voet; waarbij nog een zeer konstig gemaakte Groote Mast en Steng.');1Oprechte Haerlemsche Courant, 12 maart 1765.…; anonymous sale, Amsterdam (De Brakke Grond), date unknown, to Jochem Pietersz Asmus (1765-1837), Amsterdam;2HNA 2.01.29.02 Dept. Marine, Aanhangsel I, inv. no. 20, La. E no. 11. sent to the Ministerie van Marine (Department of the Navy), The Hague, October 1818;3HNA 1.01.47.29 Admiraliteitscolleges, Collectie Van der Hoop, inv. no. 187, nota October 1818. transferred to the museum, 1883
Object number: NG-MC-498
Entry
Polychromed, fully detailed wooden construction model in three superimposed sections, fully framed and planked, mounted on a stand.
Forty-eight gun ports are indicated in three tiers. The model has a small orlop deck aft, a lower deck, a main deck and a beakhead platform, forecastle, quarterdeck and a poop. All are indicated by beams and carlings, the aft sections of the upper three decks are planked. The detailed beakhead has a crowned lion for a figurehead and the bowsprit rests on the stem. The stern has a round tuck, a hollow counter with side counter timbers and two gun ports. The two-storey taffrail is decorated with carvings of foliage and garlands and a blank cartouche. The single-storey quarter galleries have bell-shaped roofs. Below the stern a straight, square-headed rudder with a tiller-sweep beneath the main deck and a steering wheel on the quarterdeck are specified. The galley is placed in the hold. The model has a capstan on the lower deck and another one on the main deck, a brake pump with cistern and pump dales on the main deck. The ship’s bell is situated on the forecastle to starboard. The model has three sets of channels rigged with deadeyes. The sheer rises towards both ends, the model has two wales and a sheer rail. The hull is S-bottomed and is painted white below the waterline.
Remarkable features are the replacement of the central keelson with two sister keelsons, and the unique construction of the bitts, manger and capstans. Underneath the white lead paint on the underwater body, waterlines have been drawn in pencil.
The model is first mentioned in 1765, when the widow of the shipwright Leendert van Zwijndregt (1708-1764) tried to sell it with the help of the Rotterdam bookshop owner Pieter Holsteyn.4Rotterdamsche Courant, 14 maart 1765, no. 32. At an unspecified, but later date, Jochem Pietersz Asmus (1755-1837) purchased the model for his private collection at an auction held in De Brakke Grond in Amsterdam.5HNA 2.01.29.02 Dept. Marine, Aanhangsel I, inv. no. 20, La. E no. 11. Following the appointment of Asmus as the first Keeper of the Navy Model Room in 1818, the model was sent from Amsterdam to the Department of the Navy in The Hague.6HNA 1.01.47.29 Admiraliteitscolleges, Collectie Van der Hoop, inv. no. 187, nota October 1818.
According to Holsteyn the model was made by Leendert van Zwijndregt, and Obreen adds that it demonstrates a new construction method adopted by the Admiralty of Rotterdam in 1756.7J.M. Obreen, Catalogus der verzameling modellen van het Departement van Marine, The Hague 1858, no. 498. However, there is no evidence of any new construction method employed by Leendert van Zwijndregt. However, the remarks made in 1737 by Brest dockyard constructor Blaise Ollivier (1701-1746) concerning the building method of Leendert’s father Paulus van Zwijndregt (1681-1749) agree with this model in too many particulars to be a mere coincidence.8D.H. Roberts, Eighteenth Century Shipbuilding: Remarks on the Navies of the English and the Dutch, … by Blaise Ollivier, s.l. 1737 (facsimile Rotherfield 1992).
In 1738 the Admiralty in Rotterdam purchased a palm wood model with removable decks in London.9J.C.J. de Jonge, Geschiedenis van het Nederlandsche zeewezen, 5 vols. and index, Haarlem 1858-62, vol. 4, p. 263, note 2. While the ship itself is undoubtedly Dutch, many of the model’s details are distinctly not Dutch. It is therefore likely that this is the model ordered in London, and that it was made according to Paulus van Zwijndregt’s specifications in order to demonstrate his building method as part of his discussions with the British shipwrights John Davis and Charles Bentam (?-1758) who were working for the Admiralty of Amsterdam at that time.10A.A. Lemmers, Techniek op schaal. Modellen en het technologiebeleid van de Marine 1725-1885, Amsterdam 1996, pp. 48-59; A.J. Hoving and A.A. Lemmers, In tekening gebracht. De achttiende-eeuwse scheepsbouwers en hun ontwerpmethoden, Amsterdam 2001 (Bijdragen tot de Nederlandse marinegeschiedenis, vol. 12). The model is now without its three masts, but model (NG-MC-127) is the mainmast belonging to this model.
Literature
Rotterdamsche Courant, 14 maart 1765, no. 32; J.M. Obreen, Catalogus der verzameling modellen van het Departement van Marine, The Hague 1858, no. 498; W. Voorbeytel Canneburg, ‘De Nederlandse scheepsbouw in het midden van de achttiende eeuw’, in Jaarverslag Vereniging Nederlands Historisch Scheepvaartmuseum (1924), Amsterdam 1925, pp. 76-84, pp. 79-80 (with body plan); Catalogus Rijksmuseum Nederlands Scheepvaartmuseum, coll. cat. Amsterdam 1928, no. 20, pl. 16; D.H. Roberts, Eighteenth Century Shipbuilding: Remarks on the Navies of the English and the Dutch, … by Blaise Ollivier, s.l. 1737 (facsimile Rotherfield 1992); A.A. Lemmers, ‘De achttiende eeuwse scheepsbouwcontroverse herzien’, Erfgoed van Industrie en Techniek 2 (1993), no. 4, pp. 98-105.; A.A. Lemmers, ‘Meer dan een mooi model’, in H. Stevens (ed.), The Art of Technology: The Navy Model Collection in the Amsterdam Rijksmuseum, Amsterdam/Wormer 1995, pp. 16-19; A.A. Lemmers, Techniek op schaal. Modellen en het technologiebeleid van de Marine 1725-1885, Amsterdam 1996, pp. 48-59; A.J. Hoving and A.A. Lemmers, In tekening gebracht. De achttiende-eeuwse scheepsbouwers en hun ontwerpmethoden, Amsterdam 2001 (Bijdragen tot de Nederlandse marinegeschiedenis, vol. 12), pp. 75-77; A. Peters, Ship Decoration 1630-1780, Barnsley 2013, pp. 86-87
Citation
J. van der Vliet, 2016, 'anonymous, Model of a 40-Gun Ship, London, 1738', in J. van der Vliet and A. Lemmers (eds.), Navy Models in the Rijksmuseum, online coll. cat. Amsterdam: https://data.rijksmuseum.nl/200315804
(accessed 6 December 2025 18:23:24).Footnotes
- 1Oprechte Haerlemsche Courant, 12 maart 1765.
- 2HNA 2.01.29.02 Dept. Marine, Aanhangsel I, inv. no. 20, La. E no. 11.
- 3HNA 1.01.47.29 Admiraliteitscolleges, Collectie Van der Hoop, inv. no. 187, nota October 1818.
- 4Rotterdamsche Courant, 14 maart 1765, no. 32.
- 5HNA 2.01.29.02 Dept. Marine, Aanhangsel I, inv. no. 20, La. E no. 11.
- 6HNA 1.01.47.29 Admiraliteitscolleges, Collectie Van der Hoop, inv. no. 187, nota October 1818.
- 7J.M. Obreen, Catalogus der verzameling modellen van het Departement van Marine, The Hague 1858, no. 498.
- 8D.H. Roberts, Eighteenth Century Shipbuilding: Remarks on the Navies of the English and the Dutch, … by Blaise Ollivier, s.l. 1737 (facsimile Rotherfield 1992).
- 9J.C.J. de Jonge, Geschiedenis van het Nederlandsche zeewezen, 5 vols. and index, Haarlem 1858-62, vol. 4, p. 263, note 2.
- 10A.A. Lemmers, Techniek op schaal. Modellen en het technologiebeleid van de Marine 1725-1885, Amsterdam 1996, pp. 48-59; A.J. Hoving and A.A. Lemmers, In tekening gebracht. De achttiende-eeuwse scheepsbouwers en hun ontwerpmethoden, Amsterdam 2001 (Bijdragen tot de Nederlandse marinegeschiedenis, vol. 12).