Graftombe van ridder Arnold van der Sluis van Heusden (ca. 1245-1296)

• Graftombe van ridder Arnold van der Sluis van Heusden (ca. 1245-1296)
• Onderdeel van de graftombe van ridder Arnold van der Sluis van Heusden

BK-NM-8657-5

Onderdeel van de graftombe van Ridder Arnold van der Sluis van Heusden. In het onderdeel staan vier gotische bogen en een halve boog.

• wapen (heraldiek), op het schild van de ridder, in reliëf: het heraldisch teken van een rad met zes spaken [heren van Heusden]
• wapen (heraldiek), op het heraldisch rechter schild aan de zijkant van de tombe bij het voeteneinde, in relief: een klimmende gekroonde leeuw met gespleten staart [? geslacht Heinsberg]
• inscriptie, op de afgeschuinde rand van de dekplaat,: ‘[Qui fuerat gratus cun]ctis iac[et] h[ic] tumulat[us] Husde[n]si nat[us] ex clara stirpe vocat[us] Arnold[us] mile[s] de slusa sp[er]ne[re] viles Act[us] h[ic] novit falso[s] [a] seque removit Fortis formosus prudens erat atque animosus Justus pacifuc probitati semper amicus Finiit is vitam morum gravitate p]olita[m] Q[ua]rto redde[n]das a mense dec[em]bre kale[n]das. An[n]o milleno d[omi]ni noviesq[ue] noveno Et bis centeno terno quo[que] cu[m] duedeno Gaudeat in c[oelis ut hoc orat] quis[que] fidelis Hoc pater et flamen sacrum nat[us]q[ue] [det amen]’
• wapen (heraldiek), op het heraldisch linker schild aan de zijkant van de tombe bij het voeteneinde: blanco gelaten of het heraldisch teken is later weggehakt

• A.H. Stolte, 'De graftombe van ridder Arnold van der Sluis', Bernensia (1968), p. 317-322 (herdruk van Stolte 1966).
• Tekst en uitleg, Utrecht 1982 (cat. Rijksmuseum Het Catharijneconvent), p. 30.
• H.A. Tummers, 'Het grafmonument van een heer Van Arkel en zijn vrouw te Gorinchem', Bulletin van de Stichting Oude Hollandse Kerken 17 (1983), p. 3.
• A.H. Stolte, 'De graftombe van ridder Arnold van der Sluis', Varia historica Brabantica 2 (1966), p. 317-322.
• Verslag van de Commissie van de Koninklijke Akademie van Wetenschappen (1870), p. 37.
• 'De abdij van Bern', De Oude Tijd (1870), p. 36, 38-39.
• Verslag van de Commissie van de Koninklijke Akademie van Wetenschappen (1868/69), p. 8.
• G. van den Elsen, Bernensia, 1880, p. 210 (manuscript Archief Abdij Berne te Heeswijk).
• N.H. Koers, 'Dr D.P.R.A. Bouvy en zijn Catharijneconvent, 2', Catharijnebrief 27 (1989), p. 9.
• J.A. Coldeweij, 'Arnold van der Sluis, ridder, zijn afkomst en nageslacht (1245-1296)', Bernensia 13 (1968), p. 1-24 (herdruk van Coldeweij 1967).
• W. van Dam van Brakel, Lotgevallen van Heer Fulco en de Abdij van Bern, 1857.
• J. van Oudenhoven, Beschrijvinghe van het Landt van Heusden, 1650, p. 30.
• H. van Bavel, 'Een verkenningstocht naar het oude Berne', Bernensia 5 (1962), p. 1-88 (herdruk van Van Bavel 1962).
• J. Craandijk, Wandeling door Nederland, deel Zeeland, Noord-Brabant (1886), p. 291.
• J. van Oudenhoven, Beschrijvinghe der wijtvermaerde frontierstadt Heusden, 1651, p. 22.
• J.B. Gramaye, Taxandria in qua Antiquitates et decora Regionum ..., 1610, cap. 7, p. 25-26
• J.A. Coldeweij, 'Arnold van der Sluis, ridder, zijn afkomst en nageslacht (1245-1296)', De Nederlandsche Leeuw 84 (1967), kol. 361-378.
• H.J.J. Vermeulen, 'Twee wapens op de tombe van Arnold van der Sluis, ridder', Bernensia 13 (1968), p. 1-4.
• H.A. Tummers, 'Recente vondsten betreffende vroege grafsculptuur in Nederland : Dertiende en veertiende eeuw', Bulletin van de Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond 92 (1993), p. 38.
• J. Leeuwenberg, 'Graftombe van ridder Arnoud van der Sluis van Heusden (gest. 1296). Eerste kwart 14de eeuw', Bernensia 13 (1968), p. 1-5.
• R. Koechlin, 'La sculpture belge et les influences françaises aux 13e et 14e siècles', Gazette des Beaux Arts 45 (1903), p. 346.
• Documentatiemap.
• C. van Alkemade en F. van der Schelling, Korte beschryving van de oude en magtige abdye van Bern met de Egte Bewysen en Gedenkstukken daar toe behoorende, Z.p. (1709-1736), fol. 79v, 84r
• H. van Bavel, 'Een verkenningstocht naar het oude Berne', Varia historica Brabantica 1 (1962), p. 295 e.v.
• J. Sinnige, Ridder Arnoud van der Sluse, Met Gansen Trouw, VIII (1958), p. 110.
• A. Mulder, 'Het praalgraf van Heer Nicolaas van der Putten en van diens gemalin Aleida van Streijen', Bulletin van de Nederlandsche Oudheidkundige Bond 8 (1907), p. 64.

beeldhouwer: anoniem, Maasstreek

ca. 1296 - ca. 1325

Namense steen

diepte 23 cm x breedte 171 cm x hoogte 45 cm x gewicht 390 kg

Schenking van jhr. W.A.C. de Jonge

Publiek domein

.? Commissioned by Arnold van der Sluis (c. 1245-1296), erected in the Norbertine Abbey of Berne, near Heusden, after his death in 1296;{J.-B. Gramaye, Antiquitates Brabantiae. Taxandria, Leuven/Brussels 1708, p. 7; B. van der Mark, `Tomb of Arnold van der Sluis of Heusden, Knight (c. 1245-1296)´, in F. Scholten (ed.), European Sculpture in the Rijksmuseum, online coll. cat. Amsterdam 2017.} donated by Jonkheer W.A.C. de Jonge, owner of the Bernse Hoeven, to the museum, 1886; on loan to Museum Catharijneconvent, Utrecht, 1976-2004

• A.H. Stolte, 'De graftombe van ridder Arnold van der Sluis', Bernensia (1968), p. 317-322 (herdruk van Stolte 1966).
• Tekst en uitleg, Utrecht 1982 (cat. Rijksmuseum Het Catharijneconvent), p. 30.
• H.A. Tummers, 'Het grafmonument van een heer Van Arkel en zijn vrouw te Gorinchem', Bulletin van de Stichting Oude Hollandse Kerken 17 (1983), p. 3.
• A.H. Stolte, 'De graftombe van ridder Arnold van der Sluis', Varia historica Brabantica 2 (1966), p. 317-322.
• Verslag van de Commissie van de Koninklijke Akademie van Wetenschappen (1870), p. 37.
• 'De abdij van Bern', De Oude Tijd (1870), p. 36, 38-39.
• Verslag van de Commissie van de Koninklijke Akademie van Wetenschappen (1868/69), p. 8.
• G. van den Elsen, Bernensia, 1880, p. 210 (manuscript Archief Abdij Berne te Heeswijk).
• N.H. Koers, 'Dr D.P.R.A. Bouvy en zijn Catharijneconvent, 2', Catharijnebrief 27 (1989), p. 9.
• J.A. Coldeweij, 'Arnold van der Sluis, ridder, zijn afkomst en nageslacht (1245-1296)', Bernensia 13 (1968), p. 1-24 (herdruk van Coldeweij 1967).
• W. van Dam van Brakel, Lotgevallen van Heer Fulco en de Abdij van Bern, 1857.
• J. van Oudenhoven, Beschrijvinghe van het Landt van Heusden, 1650, p. 30.
• H. van Bavel, 'Een verkenningstocht naar het oude Berne', Bernensia 5 (1962), p. 1-88 (herdruk van Van Bavel 1962).
• J. Craandijk, Wandeling door Nederland, deel Zeeland, Noord-Brabant (1886), p. 291.
• J. van Oudenhoven, Beschrijvinghe der wijtvermaerde frontierstadt Heusden, 1651, p. 22.
• J.B. Gramaye, Taxandria in qua Antiquitates et decora Regionum ..., 1610, cap. 7, p. 25-26
• J.A. Coldeweij, 'Arnold van der Sluis, ridder, zijn afkomst en nageslacht (1245-1296)', De Nederlandsche Leeuw 84 (1967), kol. 361-378.
• H.J.J. Vermeulen, 'Twee wapens op de tombe van Arnold van der Sluis, ridder', Bernensia 13 (1968), p. 1-4.
• H.A. Tummers, 'Recente vondsten betreffende vroege grafsculptuur in Nederland : Dertiende en veertiende eeuw', Bulletin van de Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond 92 (1993), p. 38.
• J. Leeuwenberg, 'Graftombe van ridder Arnoud van der Sluis van Heusden (gest. 1296). Eerste kwart 14de eeuw', Bernensia 13 (1968), p. 1-5.
• R. Koechlin, 'La sculpture belge et les influences françaises aux 13e et 14e siècles', Gazette des Beaux Arts 45 (1903), p. 346.
• Documentatiemap.
• C. van Alkemade en F. van der Schelling, Korte beschryving van de oude en magtige abdye van Bern met de Egte Bewysen en Gedenkstukken daar toe behoorende, Z.p. (1709-1736), fol. 79v, 84r
• H. van Bavel, 'Een verkenningstocht naar het oude Berne', Varia historica Brabantica 1 (1962), p. 295 e.v.
• J. Sinnige, Ridder Arnoud van der Sluse, Met Gansen Trouw, VIII (1958), p. 110.
• A. Mulder, 'Het praalgraf van Heer Nicolaas van der Putten en van diens gemalin Aleida van Streijen', Bulletin van de Nederlandsche Oudheidkundige Bond 8 (1907), p. 64.

Als u naar dit object wilt verwijzen, gebruik dan de duurzame URL:

https://id.rijksmuseum.nl/20087235