Ondanks dat de naam 'Jackson' op deze omslag staat, zijn de meest prenten niet vervaardigd door deze kunstenaar. In 1917, na drie jaar oorlogsvoering, had de regering een nieuwe manier nodig om de publieke steun voor de oorlog te behouden. De 66 prenten in de serie 'The Great War: Britain’s Efforts and Ideals' zijn gemaakt in opdracht van Wellington House, een Britse overheidsdienst die was opgericht om propaganda te produceren. De prenten werden gemaakt met het specifieke doel het moreel besef van de burger te verhogen en de publieke opinie over de Eerste Wereldoorlog in Groot-Brittannië (en in het buitenland) te manipuleren. Deze prenten zijn ontworpen om mensen te herinneren aan het hogere doel en om de patriottische plicht te benadrukken. Het project werd geleid door de kunstenaar Thomas Derrick (1885–1954) en het drukken werd uitgevoerd onder leiding van de kunstenaar Francis Ernest Jackson (1872-1945). De drukker was Avenue Press in Londen. De Britse overheid stelde dat de kunstenaars voor deze opdracht geen volledige artistieke vrijheid kregen: ze kregen onderwerpen toebedeeld en de prenten moesten worden 'goedgekeurd'. De serie prenten zijn onderverdeeld in de delen: 'Ideals', 'Making Soldiers', 'Making Sailors', 'Making Guns', 'Building Ships', 'Building Aircraft', 'Work on the Land', 'Tending the Wounded', 'Women's work' en 'Transport by Sea'. Ze werden voor het eerst tentoongesteld in de Fine Art Society in Londen in juli 1917, en werden daarna geëxposeerd in regionale kunstgalerijen in Groot-Brittannië.