Het gepolijste slot heeft een buitenliggend rad met een hard gesoldeerde ijzeren knobbel in het midden voor de spil, en met een grote geelkoperen haak aan de onderzijde in de vorm van twee gekrulde bladeren in reliëf; de slotplaat is in reliëf gebeiteld met een drieblad en gegraveerd met lofwerk en een naakte man; de geelkoperen pan wordt geopend met een geelkoperen drukstift gegraveerd met een masker, en het uiteinde van de haanstoedel is gebeiteld in de vorm van een blad. De ronde loop heeft aan de bovenzijde een smalle ribbe, aan de achterkant geflankeerd door twee kortere ribben; bovenop gestempeld met S en K, onderop met een M en links met het cijfer 59. De kolf van fruithout is aan de voorzijde gegroefd; de kolfknop heeft een kap van koehoorn, gegraveerd met acht acanthusbladeren rond een verguld knopje; de kolfknop is van de greep gescheiden door banden van ivoor en ebbenhout; de schroefplaatjes voor de slotbouten zijn van koehoorn, in de vorm van en gegraveerd als een bloem; de kolf is ingelegd met koehoorn in de vorm van krullen en rondjes en een een vogel op een tak, en met drie plaatjes van parelmoer in de vorm van en gegraveerd als bladeren en een hart. Het geelkoperen beslag bestaat uit een ladekap gegraveerd met bloemranken, een laadstokkoker, een trekkerbeugel die eindigt in een asymmetrisch blad, en de band rond de kolfknop gegraveerd met bloemranken; de laadstok is voorzien van een gegraveerde kap van koehoorn.