Rembrandt, de verhalenverteller

19 min. - Podcast - Waarom vertelt de Nachtwacht zoveel over Rembrandts talent?

Uit de serie Podcast: In het Rijksmuseum

15-07-2019 - Rijksmuseum

In 1642 krijgt Rembrandt de belangrijkste opdracht van zijn leven: de Nachtwacht. Waarom vertelt juist dit werk zoveel over Rembrandts talent?

De schutters van Amsterdam behoren tot de meest vooraanstaande lieden van de hoofdstad. Ze hebben een portret nodig voor hun nieuwe onderkomen en geven de opdracht aan Rembrandt. Op de binnenplaats van zijn riante stadsvilla begint hij aan het werk waar wij nu, ruim 350 jaar later, nog altijd niet over uitgepraat zijn: de Nachtwacht. Dit hoogtepunt in zijn carrière staat in schril contrast met de ontwikkelingen in zijn privéleven. Terwijl hij de laatste hand legt aan zijn magnum opus, overlijdt de liefde van zijn leven. En dat heeft uiteindelijk ook grote consequenties voor het werk dat Rembrandt vanaf dat moment maakt.

Luister

Lees hieronder het volledig uitgeschreven gesprek

00:00:00 Jaap Godrie: Ik kan me zo voorstellen dat Rembrandt, op de dag dat hij het idee van De Nachtwacht bedacht, een aantal zeer lekkere flessen wijn heeft gepakt en gewoon een week lang feest heeft gevierd. Alleen maar omdat hij een geniaal idee had bedacht.

00:00:12 Annechien Steenhuizen: Je hoort Jaap Godrie. Hij is één van de experts van het Rijksmuseum met wie ik antwoord probeer te vinden op de vraag wat Rembrandt nu zo'n iconisch kunstenaar maakt. Zelfs nu nog, 350 jaar na zijn overlijden.

00:00:27 Annechien Steenhuizen: Dit is In het Rijks, met De Rembrandt Podcast. In deze derde aflevering horen we over de hoogtepunten uit Rembrandts carrière en over het verdriet in zijn privéleven. Mijn naam is Annechien Steenhuizen.

00:00:46 Annechien Steenhuizen: Het zijn de jaren veertig van de zeventiende eeuw. Rembrandt heeft alle grote namen in Amsterdam en omstreken in zijn atelier om te portretteren. In 1642 krijgt Rembrandt een opdracht die de belangrijkste uit zijn leven zal blijken: een groep schutters van de kloveniers in Amsterdam heeft een nieuw groepsportret nodig. De schutters van Amsterdam zijn vooraanstaande burgers met politieke macht en maatschappelijk aanzien. Dus ja, die wilden zich natuurlijk niet door zomaar iemand laten vereeuwigen. Je hoort Pieter Roelofs, conservator van het Rijksmuseum.

00:01:19 Pieter Roelofs: Er zijn twee grote portretten op dat moment al in opdracht gegeven, aan Jacob Backer en aan schilder Pieckenooij. Rembrandt wordt vervolgens gevraagd om ook een groepsportret te maken, en hij gaat daarmee aan de slag, en maakt eigenlijk iets volstrekt anders dan de andere twee schilders op dat moment.

00:01:38 Pieter Roelofs: Als het weer gaat om innovatie en experiment bij Rembrandt, zoals hij het eerder ook bij Marten en Oopjen heeft gedaan, is dit weer zo'n moment dat Rembrandt een weg in gaat die voor anderen volstrekt onbegaanbaar was. Hij maakt echt een verhaal van een groepsportret. Hij zet actie en beweging centraal, en veel minder de mensen die daar als hoofdfiguren optreden.

00:02:02 Annechien Steenhuizen: Het is Rembrandts meest ambitieuze project tot dan toe. Het schilderij dat eeuwen later zijn meest bepalende en bekendste werk zou zijn: De Nachtwacht. Net als Pieter, raakt Jaap niet uitgepraat over hoe bijzonder dit schilderij is.

00:02:17 Jaap Godrie: Als je het hebt over een heroïsche opgave voor een schilder, dan is De Nachtwacht het meest heroïsche schilderij dat Rembrandt heeft gemaakt. Een schilderij dat een enorme omvang heeft, waar meer dan dertig personen op zijn afgebeeld; en dat ook nog eens op een manier die in zijn tijd revolutionair is geweest. Rembrandt is, vind ik, vooral een genie omdat hij in staat was met de traditie te breken. Hij was in staat om mensen in zijn tijd een nieuw verhaal te bieden; om mensen zelfs op nieuwe manier naar zichzelf te laten kijken. En dat doet hij met De Nachtwacht.

00:02:52 Jaap Godrie: De Nachtwacht is een compleet nieuwe manier om een groepsportret te schilderen. Dit is eigenlijk bijna een een film, hè? Hij werkt met de zintuigen. Het is niet alleen kijken, wat je doet als je naar De Nachtwacht kijkt; eigenlijk word je uitgenodigd om ook te luisteren. Dan zie je hoe ontzettend getalenteerd Rembrandt is als verhalenverteller; als je iemand schildert zoals op De Nachtwacht helemaal rechts voor ons gebeurt...

00:03:16 Jaap Godrie: Daar wordt een tamboer, een trommel, geslagen, maar als je nou echt wilt dat wij geloven dat er geroffeld wordt, dat die mars net wordt ingezet, dan moet je ervoor zorgen dat er iemand reageert op die trommel. En dat doet hij door dat hondje daarnaast toe te voegen; dat hondje dat blaft en-

00:03:31 Annechien Steenhuizen: Die schrikt zich rot.

00:03:32 Jaap Godrie: Die schrikt zich rot, dat zie je aan de houding; die rug van die hond. Het is natuurlijk geniaal, dat hij daardoor ons gehoor bijna activeert. Het aardige is... De Nachtwacht komt misschien in eerste instantie heel rommelig over, en dat komt doordat Rembrandt heel erg met beweging speelt. Hij laat heel veel verschillende dingen tegelijkertijd gebeuren, waardoor wij, als we voor het schilderij staan, met onze ogen de hele tijd van het ene naar het andere springen. We zijn de hele tijd het hele schilderij aan het aftasten. Wat er daardoor gebeurt... Hij activeert onze blikken eigenlijk; dus hij zorgt ervoor dat wij het schilderij in beweging brengen door steeds naar andere figuren te kijken.

00:04:10 Annechien Steenhuizen: Er is dus ontzettend veel te zien op De Nachtwacht; Rembrandt schilderde meerdere verhalen op één doek. Welke verhalen zijn dat dan? Wat zien we?

00:04:18 Pieter Roelofs: Het gaat in eerste plaats om het uitmarcheren, dus het moment van vertrek, en het moment dat de kapitein het gebaar geeft met zijn hand — die bijna uit het doek steekt — om te zeggen: 'Kom op, jongens, we marcheren uit', in de richting van zijn luitenant. En dan de reflectie van die hand, op het kostuum van luitenant Van Ruytenburgh, waarbij je ziet dat de schaduw daar valt, en waarbij tussen de duim en wijsvinger het wapen van Amsterdam met de drie andreaskruisen zichtbaar is. Daar gaat het om, dat is de essentie van het hele schilderij.

00:04:49 Pieter Roelofs: Dit is de stadswacht van Amsterdam; dit zijn de burgers van Amsterdam. En vervolgens... Bijvoorbeeld het meisje met de kip aan haar riem; verwijzend naar de kloveniers, met de klauw van de kip, en ook naar het wapen van de kloveniers. Hoe drie verschillende stadia van schieten zijn weergegeven door drie verschillende lieden, die direct achter de kapitein en de luitenant staan.

00:05:13 Annechien Steenhuizen: Het vullen, het afschieten en het schoonmaken.

00:05:15 Pieter Roelofs: Juist. De vaandrig die we linksboven zien, een vrijgezelle jongeman zoals het moest zijn, die dan nog even met dat vaandel aangeeft waar deze groep voor staat. Het zijn al die kleine facetten die samen dat enorm grote verhaal over de Amsterdamse schutterij vertellen.

00:05:33 Annechien Steenhuizen: En ergens, zeggen ze, loert Rembrandt ook nog. Toch?

00:05:38 Pieter Roelofs: Ja, er loert in ieder geval iemand.

00:05:40 Annechien Steenhuizen: Ja.

00:05:41 Jaap Godrie: Je ziet op de achtergrond, in een soort driehoekje, nog net een oogje met een baret tevoorschijn komen. Dat zou Rembrandt kunnen zijn. Het past wel in de traditie van groepsportretten en afbeeldingen, waar iemand zichzelf als kunstenaar nog in opneemt. En al die lijnen, en dat maakt het zo spannend, die neergezet worden — in de vlag, in de stokken, in de speren, in de hellebaarden — wijzen allemaal naar het centrum. Hij manipuleert dus ons oog waar we zelf bij staan. Pas als je eenmaal in de gaten hebt hoe je gestuurd wordt door Rembrandt als kunstenaar, valt op hoe buiten alle grenzen van het mogelijke dit schilderij gemaakt is.

00:06:27 Annechien Steenhuizen: Rembrandt werkt aan het kolossale schilderij op de binnenplaats van zijn woning; het is te groot voor zijn atelier. Zijn succesvolle carrière staat in schril contrast tot de gebeurtenissen in zijn privéleven. Erik Hinterding:

00:06:41 Erik Hinterding: Een maand voordat hij het klaar had, overleed zijn vrouw.

00:06:44 Annechien Steenhuizen: Zijn grote liefde, Saskia.

00:06:47 Erik Hinterding: En dat kwam niet, zo raar als het klinkt, honderd procent onverwacht, want hij heeft haar ook eindeloos getekend en geëtst terwijl ze dus heel duidelijk ziek in bed ligt. Hij heeft ook een keer getekend-

00:06:56 Annechien Steenhuizen: Waaraan is ze overleden, denken ze?

00:06:58 Erik Hinterding: Dat is niet helemaal zeker, maar waarschijnlijk aan tuberculose; een terende ziekte. Na een lang ziekbed is ze uiteindelijk overleden, en Rembrandt klapt helemaal in. Dat zie je, niet omdat we daar berichten van hebben, maar omdat hij dus tot dat moment opdracht na opdracht binnenharkt en gevierd is; het kan niet op, en hij is heel welgesteld.

00:07:22 Erik Hinterding: En op het moment dat zij overlijdt stopt de schilderijenproductie vrijwel. Wat omhoog gaat, is zijn prentproductie, maar het aantal schilderijen dat hij daarna per jaar maakt is voor een periode van bijna tien jaar heel laag. Dat je echt denkt: die man moet in een depressie terecht zijn gekomen. 00:07:39 Annechien Steenhuizen: Zwaar liefdesverdriet.

00:07:40 Annechien Steenhuizen: Rembrandt stort zich op de etskunst; een bijzondere en opvallende wending. Maar Rembrandt zou Rembrandt niet zijn, als hij ook daarin niet vernieuwend en eigenwijs zou zijn. Erik vertelt eerst hoe dat etsen in zijn werk gaat.

00:07:54 Erik Hinterding: Een ets is eigenlijk een prent. Dat wil zeggen: je begint met een koperplaat die je helemaal schoonmaakt en dan insmeert met was, en dan ga je daar met een etsnaald een tekening in aanbrengen. Waar je getekend hebt komt door de was heen het koper weer bloot te liggen. Als je die koperplaat daarna in het zuur legt, bijt het zuur daar de lijnen uit, en als je daar dan inkt in smeert, kun je een afdruk maken. Maar het voordeel is natuurlijk: je kunt niet eens één afdruk maken; je kunt er wel honderd maken.

00:08:20 Annechien Steenhuizen: Zo veel als je wilt.

00:08:20 Erik Hinterding: Je kunt er bijna zo veel maken als je wilt.

00:08:22 Annechien Steenhuizen: Rembrandt maakt in eerste instantie veel landschappen. Hij wandelt veel in en om Amsterdam; een manier om de dood van zijn grote liefde te verwerken?

00:08:31 Erik Hinterding: Ik denk dat het gewoon klopt; dat hij eropuit ging om zijn hoofd leeg te maken.

00:08:35 Annechien Steenhuizen: Even de vrije natuur in.

00:08:36 Erik Hinterding: In de vrije natuur, en om gewoon landschap te gaan tekenen.

00:08:39 Annechien Steenhuizen: En dan maakte hij krakkemikkige boerderijtjes, toch? En mooie bomen, die fier overeind staan terwijl er een storm aan komt.

00:08:47 Erik Hinterding: Wat hij interessant vond, waren inderdaad krakkemikkige boerenhuisjes met een rafelig dak.

00:08:52 Annechien Steenhuizen: Karakter.

00:08:54 Erik Hinterding: Ja, precies — pittoresk, schilderachtig. En daar was hij dan ook verschrikkelijk goed in, dus dat heeft hij heel veel gedaan. Het is ook grappig om te realiseren dat je in de zeventiende eeuw rond Amsterdam een aantal voor de hand liggende routes had waar je kon wandelen. Dat wordt zelfs in de literatuur uit die tijd aangeprezen, dus wandelen was echt een tijdverdrijf voor de Amsterdammer.

00:09:15 Erik Hinterding: Je kon over de Zeedijk naar het oosten, in de richting van Diemen; of je kon over de Zeedijk in de richting van Amsterdam. Of je kon langs de oevers van de Amstel naar beneden, of in de richting van de overtoom. Als je dus de tekeningen en etsen van Rembrandt ziet, dan zit het altijd op één van die routes. Rembrandt wandelde eigenlijk gewoon waar verder iedereen ook wandelde.

00:09:35 Annechien Steenhuizen: Boerderijtjes met karakter, bomen. Maar ook: een vrijend stelletje, een plassende vrouw...

00:09:41 Erik Hinterding: Ja.

00:09:41 Annechien Steenhuizen: Hij houdt wel van grappige tekeningen, hè?

00:09:44 Erik Hinterding: Ja, dat was het soort van detail dat Rembrandt leuk vond, en dan vooral om het een beetje verdekt op te stellen. Er zijn twee etsen waarop hij dat doet. De ene is de Omval; inderdaad op de plek waar nog steeds het café staat, maar op dat gedeelte zet hij een grote wilg neer. Eigenlijk is het andersom, want ik denk dat het gewoon een studie is van een wilg, waaraan hij later in dat hoekje een zicht op de Omval heeft toegevoegd.

00:10:09 Erik Hinterding: Maar in de schaduw van de wilg zit een stelletje dat het gezellig met elkaar heeft. En in eerste instantie heb je ze niet door, ze zitten echt een beetje verdekt opgesteld daar, maar als je ze eenmaal in de gaten hebt, is het heel duidelijk. Hetzelfde doet hij net iets daarvoor, met de ets De drie bomen, zoals die nu bekend is. Dat zijn drie bomen die ergens op een van de zeedijken gestaan moeten hebben, waar hij dus een hele scène omheen...

00:10:35 Annechien Steenhuizen: Een storm die eraan komt, of net voorbij is, natuurlijk.

00:10:37 Erik Hinterding: Een storm die eraan komt, met mensen die daar ergens bij een plasje zitten. Maar ook daar in het struikgewas een vrijend stelletje, dus dat was toch iets wat eigenlijk...

00:10:44 Annechien Steenhuizen: Het had ook wel iets stouts.

00:10:46 Erik Hinterding: Ja, hij deugt niet helemaal.

00:10:48 Annechien Steenhuizen: Nee, gelukkig niet.

00:10:52 Annechien Steenhuizen: Erik vertelt hoe Rembrandt zich als kunstenaar onderscheidt van andere kunstenaars die ook veel etsen.

00:10:58 Erik Hinterding: Dat is één van de specifieke kenmerken van Rembrandt, dat hij dus niet klassiek werkt. Klassiek, daar bedoel ik mee: een kunstenaar die een tekening maakt, en bedenkt: zo moet het worden, en dat hij dan die tekening gaat overbrengen op zijn koperplaat en helemaal uitwerkt, en dan gaat afdrukken. Rembrandt werkt totaal anders; dat is ook één van de dingen waarin hij vernieuwend was. Hij beschouwt een koperplaat eigenlijk bijna als een tekenvel, dus hij begint gewoon en dan heeft hij een voorstelling-

00:11:26 Annechien Steenhuizen: Maar wel in spiegelbeeld, toch?

00:11:27 Erik Hinterding: Nee.

00:11:27 Annechien Steenhuizen: Niet per se?

00:11:28 Erik Hinterding: Eén van die dingen waar Rembrandt eigenlijk helemaal niet op lette, is op spiegelbeeld. Als je een koperplaat afdrukt en je legt daar een papiertje op, en je haalt dat door de pers, dan haal je het er vanaf en dan blijkt op het papier het spiegelbeeld van de koperplaat te verschijnen. Maar als je bijvoorbeeld kijkt naar schrijvers of muzikanten, of zwaardvechters of zelfs Christus, dan blijken ze in zijn etsen altijd linkshandig.

00:11:51 Erik Hinterding: Dat betekent: op de koperplaten heeft hij ze gewoon als rechtshandig getekend, volkomen normaal, maar het betekent ook dat hem dat eigenlijk niet zo geweldig interesseerde. De enige momenten dat het klopt, is wanneer hij een portret etst. Als hij dan iemand een pen geeft, zit het meestal in de goede hand, dus dan denkt hij er wel over na. Want ook het feit dat hij zijn naam meestal correct op de afdrukken weet te krijgen, betekent dat het dus in spiegelbeeld op zijn koperplaat heeft gestaan.

00:12:16 Annechien Steenhuizen: Hij kon het wel, maar hij vond het niet per se belangrijk.

00:12:17 Erik Hinterding: Exact. Eén van de andere kenmerken die je bij hem ziet met zijn etsen, is dat hij gewoon begon en daarna toevoegt wat hij nodig had. Als hij dus een zelfportret maakt, begint hij letterlijk met de kop, en dan maakt hij een paar afdrukken om te kijken of het goed is. Dan denk hij: dit is oké, en dan voegt hij dus op de koperplaat uiteindelijk zijn lichaam toe, en dan maakt hij weer een paar afdrukken. Dat noemen we dan de volgende 'staat'.

00:12:43 Erik Hinterding: En uiteindelijk denkt hij: oké, dit is allemaal in orde, en dan voegt hij er een achtergrond aan toe. En dan gaat hij weer afdrukken, dus dat is dan weer de volgende staat. Maar dat stapsgewijs werken, dat is heel typisch voor Rembrandt, en het is ook één van de dingen waarin hij zich heel erg onderscheidt van zijn tijdgenoten, die veel meer werkten in een stramien: pas het definitieve product ga je afdrukken, maar tot die tijd moet je gewoon aan je koperplaat blijven werken. Rembrandt doet het een beetje tegelijkertijd: je begint ergens en dan ga je het afdrukken.

00:13:14 Annechien Steenhuizen: Ook persoonlijk is Erik een bewonderaar van dit deel uit Rembrandts oeuvre, en dan één werk in het bijzonder.

00:13:20 Erik Hinterding: Mijn favoriet is De drie kruisen, dat is een late ets. Het is een droge naald-prent, waarin je dus met een naald rechtstreeks in het koper krast, maar in dit geval is het dan ook nog een prent die kolossaal is. Het is denk ik een centimeter of vijftig breed en een centimeter of veertig hoog, wat voor een zeventiende-eeuwse prent echt fors is. Het is een beetje het formaat van een klein schilderij.

00:13:44 Erik Hinterding: En die prent is precies gemaakt zoals Rembrandt dat graag deed in die periode, het is namelijk vanaf het allereerste begin afgedrukt op perkament. Dat was peperduur. Je kon twaalf vellen perkament kopen voor dezelfde prijs als je besteedde voor vijfhonderd vellen papier. Dat geeft al aan: dat is echt een een 'edition deluxe'. Bijna alle afdrukken van die eerste staat doet hij op perkament, en ze zien er prachtig uit. De ets bij ons in het Rijksmuseum is gedrukt op een soort goudkleurig perkament en heeft een gloed waar ik dan helemaal...

00:14:17 Annechien Steenhuizen: Helemaal warm van word.

00:14:17 Erik Hinterding: Ja, dan denk ik: geweldig, dat je dat zo kunt laten zien.

00:14:22 Annechien Steenhuizen: Het is een afbeelding van Christus aan het kruis, met aan weerszijden twee gekruisigde criminelen. Het is gedaan in een bijzondere techniek, die Rembrandt als geen ander beheerst.

00:14:32 Erik Hinterding: Eén van de dingen is dat hij heel graag werkt met droge naald, waarmee hij dus niet in de was tekent, maar letterlijk met zijn naald in het koper krast.

00:14:43 Annechien Steenhuizen: Daar moet je tegen kunnen, tegen dat geluid.

00:14:45 Erik Hinterding: Dat klinkt niet fijn. Bij die gekraste lijntjes — helemaal als ze vers zijn — zit daar aan de weerszijden van de lijn een braampje waar inkt achter blijft hangen, en dat geeft een heel fluwelig effect.

00:14:57 Annechien Steenhuizen: Rembrandt maakt van deze afbeelding op dezelfde koperplaat, verschillende staten, ofwel versies. De tweede staat is volgens Erik nog veel indrukwekkender dan de eerste.

00:15:07 Erik Hinterding: Wat hij in ieder geval doet, is opnieuw beginnen, maar op dezelfde koperplaat. En dan maakt hij er een heel andere voorstelling van. Nog steeds: in het midden, Jezus aan het kruis, en aan weerszijden de twee andere gekruisigden, maar hij heeft de voorstelling bedekt onder een wirwar van lijnen die het tot een heel andere voorstelling maken. Dit is veel...

00:15:26 Annechien Steenhuizen: Donkerder.

00:15:27 Erik Hinterding: Dreigender en apocalyptischer. Het is een fantastische voorstelling van de kruisiging waar ook in de Bijbel staat, dat het op een goed moment donker werd. Hij pakt dus een ander moment om uit te beelden, maar de reden dat hij dat doet is gewoon tamelijk praktisch, want hij had namelijk een versleten koperplaat waar hij wat mee wilde.

00:15:44 Annechien Steenhuizen: Ja, precies, waar hij nog iets anders mee wilde.

00:15:46 Erik Hinterding: En juist dat, op zo'n manier omgaan met prentkunst, dat was in de zeventiende eeuw ongehoord; dat deed niemand.

00:16:01 Annechien Steenhuizen: Ondanks het overlijden van Saskia, de liefde van zijn leven, blijft hij werken en nieuwe wegen inslaan. Geen kolossale schilderijen meer, maar etsen en tekeningen. Ondertussen moest zijn huishouden wel gerund worden; zoon Titus is nog jong en heeft verzorging nodig. Hij neemt Geertje Dircx hiervoor in dienst, een vrouw van eenvoudige komaf. Al snel krijgen zij en Rembrandt een romantische relatie. Hij geeft haar zelfs sieraden die van Saskia waren, maar deze relatie houdt niet lang stand.

00:16:32 Erik Hinterding: Ze gaan uit elkaar. Hij geeft haar wat geld mee, wat ze niet accepteert. Althans, ze accepteert het wel maar ze wil nog meer. Ze speelt dat ook via het stadsbestuur, en ze krijgt ook meer. Ze heeft op dat moment kennelijk ook juwelen van Saskia — je zou nu zeggen in een soort bruikleen — met het beding dat ze dat niet mocht belenen, en dat doet ze uiteindelijk toch.

00:16:55 Annechien Steenhuizen: Want Rembrandt heeft dat waarschijnlijk als een soort zoethoudertje aan haar gegeven, omdat hij niet met haar kon trouwen vanwege de erfenis?

00:16:59 Erik Hinterding: Hij wilde niet... Op het moment dat hij met haar zou trouwen... Je moet je dus realiseren: ze bracht dus zelf niks mee, want het was echt een heel eenvoudige vrouw. Niks mis mee, maar ze had geen kapitaal of zo, terwijl Rembrandt dat wel had. En hij wist ook: als hij met haar zou trouwen, dan zou hij het erfdeel van Saskia verliezen.

00:17:16 Annechien Steenhuizen: Want dat had Saskia opgenomen in haar erfenis.

00:17:19 Erik Hinterding: Ja, precies, en in haar testament; dat ze het zo geregeld wilde hebben. Dat is vooral ter bescherming van hun zoon Titus, dus dat was uit den boze. Het korte verhaal is: dat wordt uiteindelijk een heel akelige breakup, waarbij ze elkaar bijna de tent uit vechten.

00:17:36 Annechien Steenhuizen: En Geertje in een tuchthuis terechtkomt.

00:17:38 Erik Hinterding: Uiteindelijk komt Geertje in het tuchthuis terecht.

00:17:41 Annechien Steenhuizen: Om het liefdesleven van Rembrandt een tikje ingewikkelder te maken doet er nog een vrouw haar intrede: Hendrickje Stoffels. De relatie met haar blijkt een stuk duurzamer dan die met Geertje Dircx. Hendrickje is Rembrandts tweede grote liefde. Zij is als een moeder voor Titus. Bovendien krijgen zij en Rembrandt nog een dochter, Cornelia. De rust keert terug in zijn huis na de onstuimige jaren met Geertje Dircx.

00:18:07 Annechien Steenhuizen: Tot het midden van de jaren vijftig blijft het stil in het schildersatelier van Rembrandt. Hij blijft veel etsen maken, en schildert zo nu en dan. Ondertussen komt er langzaam een einde aan de gloriedagen van de gouden eeuw, die Amsterdam tot politiek en economisch centrum van Europa maakte. Een crisis nadert. Ondanks dat ook Rembrandt door economische malaise wordt getroffen, maakt hij zijn meest indrukwekkende werken in deze periode. Daarover meer in de volgende aflevering van deze podcast over Rembrandt.

00:18:41 Annechien Steenhuizen: Dit is In het Rijks met De Rembrandt Podcast, en mijn naam is Annechien Steenhuizen. Vind jij ook dat andere mensen deze podcast moeten horen? Laat dan een review achter; dat helpt de luisteraars ons makkelijker te vinden.

Abonneer je op In het Rijks met je favoriete podcastspeler