Artus Quellinus

32 min - Wie was deze 'beeldhouwer van Amsterdam'?

Uit de serie Podcast: In het Rijksmuseum

19-06-2025 - Janine Abbring en conservator Frits Scholten

Het Paleis op de Dam kent iedereen. Maar de naam Artus Quellinus kent bijna niemand. Terwijl hij en zijn atelier alle beelden maakten die je in en op het Paleis ziet. Wie was deze 'beeldhouwer van Amsterdam'?

Ter ere van 750 jaar Amsterdam komen meer dan 100 van zijn beelden samen in één grote tentoonstelling, inclusief zijn grootste meesterwerk, het Paleis zelf. In deze bonusaflevering gaat conservator Frits Scholten in gesprek met host Janine Abbring over Artus Quellinus - Beeldhouwer van Amsterdam.

De tentoonstelling 'Artus Quellinus - Beeldhouwer van Amsterdam' is van 18 juni tot en met 27 oktober te zien in het Koninklijk Paleis Amsterdam.

Luister

Lees hieronder het volledig uitgeschreven gesprek

00:00:00 Frits Scholten: Dan ben je overweldigd. Ik merk iedere keer als ik collega's spreek die in de beeldhouwkunst zitten, dat ze het vaak niet kennen. Als ik buitenlanders meeneem, zijn ze overdonderd omdat dit zo on-Nederlands is. Nederland wordt niet geassocieerd met zulke beeldhouwkunst. Het is een paleis. Het is Italiaans bijna, of Frans. Het heeft de allure van Versailles of de Sint-Pieter in Rome.

00:00:29 Janine Abbring: Het Paleis op de Dam is een algemeen bekend gebouw, maar de naam Artus Quellinus is allesbehalve een bekende naam. Dat terwijl alle beelden die je in en op het paleis ziet door Quellinus en zijn atelier zijn gemaakt. Wie was deze beeldhouwer van Amsterdam? Ter ere van 750 jaar Amsterdam komen nu meer dan honderd van zijn beelden samen in één grote tentoonstelling, inclusief zijn grootste meesterwerk: het paleis zelf. Mijn naam is Janine Abbring en dit is 'In het Rijksmuseum', de podcast van het Rijksmuseum waarin we bijzondere verhalen vertellen over voorwerpen en hun makers. Dit keer wandelen we in gedachten niet door het Rijksmuseum, maar door het Koninklijk Paleis op de Dam. Waar de gezamenlijke tentoonstelling Artus Quellines beeldhouwer van Amsterdam te zien is. Voor deze bonusaflevering ga ik in gesprek met Frits Scholten, senior conservator beeldhouwkunst.

00:01:26 Janine Abbring: Voor we beginnen, wil je weten hoe de beelden eruitzien? Ga dan naar Rijksmuseum.nl/podcast. Een onbekende naam en toch fietsen elke dag heel veel Amsterdammers langs zijn werk. De van oorsprong Vlaamse Artus Quellinus, geboren in 1609 en overleden in 1668, geldt als de belangrijkste barokke beeldhouwer van Amsterdam en ver daarbuiten. Wat voor man, wat voor kunstenaar was het?

00:01:56 Frits Scholten: Kunstenaar kan ik wel iets over zeggen, man is moeilijker. We weten dat hij behoorlijk dik was, want hij had de bijnaam Corpus toen hij in Rome zat. Daar zullen we op terugkomen.

00:02:05 Janine Abbring: Corpus Artus Quellinus.

00:02:06 Frits Scholten: Corpus Artus Quellinus, een corpulente man. Een goedlachse man op gravuren, daarmee is het ook gezegd. Als kunstenaar kunnen we er veel meer over zeggen, want het was een belangrijke man.

00:02:21 Janine Abbring: Als je hem in een paar zinnen moet schetsen?

00:02:23 Frits Scholten: Hij is Rubens in drie dimensies en in marmer, maar met een klein beetje meer klassiek erbij. Het is niet zo weelderig en overdadig als Rubens, maar hij heeft duidelijk gekeken naar zijn schilderijen. Daar is hij in opgevoed, dus die barok zit erin. Hij slaagt erin om dat marmer vlezig te maken, tot een soort mensenlichaam. Het gevoel te geven dat je het kunt aanraken, dat het zacht is en meegeeft. Als je dat met koud marmer kunt, dat is een kwaliteit.

00:02:52 Janine Abbring: Als je met snoeihard, keihard materiaal zoiets bijna aanraakbaar kunt maken.

00:02:59 Frits Scholten: Het wordt aaibaar en warm. Dat kan hij bij uitstek.

00:03:03 Janine Abbring: Hij is vooral beroemd geworden door zijn werk aan het stadhuis op de Dam, het huidige Koninklijk Paleis, dat in 1655 werd ingewijd. Dat moet een monsterklus geweest zijn. Relatief beroemd, want zijn naam is niet heel bekend. Hoe groot is die bijdrage aan dat gebouw? Laten we daar beginnen.

00:03:26 Frits Scholten: Die is enorm. Gek genoeg zien al die mensen die er voorbij fietsen dat niet. Hoewel er aan de buitenkant ook heel veel beeldhouwkunst zit. De echte beeldhouwkunst, de schat, zit binnen in het gebouw. Als je binnenkomt is het één en al sculptuur. De grote zalen in het midden, maar ook de gangen eromheen zijn allemaal voorzien van hele grote en kleine beelden. Heel gedetailleerd soms. Het is één groot sculpturaal feest.

00:03:54 Janine Abbring: Omschrijf het eens in hoogte en kleur, voor wie daar nog nooit is binnen geweest, Wat voor soort mensen zien we?

00:04:01 Frits Scholten: Het is een formeel gebouw, want het is het stadhuis geweest en nu paleis, dus het moest voldoen aan die taken. Het heeft heel veel referenties aan de oudheid, want daar zagen de burgemeesters die het gebouw hebben laten bouwen hun voorbeelden. Ook aan de Bijbel. Het zijn vaak gedragen, stevige onderwerpen.

00:04:21 Janine Abbring: Geef eens een voorbeeld.

00:04:22 Frits Scholten: De rechtspraak, het salomonsoordeel. De rechter die rechtspreekt, zit onder Salomo. Zo wordt er steeds gekeken naar hoe de Bijbel en met name de Romeinse oudheid een voorbeeld konden zijn voor de burgemeesters in de zeventiende eeuw van Amsterdam.

00:04:39 Janine Abbring: Nu is er de hele tentoonstelling, daar komen we straks nog over te spreken. Als we focussen op het Koninklijk Paleis, wat daar standaard te zien is, aan wat voor orde van grootte moet ik dan denken?

00:04:52 Frits Scholten: Dan moet je je voorstellen dat je als je binnenkomt naar de eerste en belangrijkste etage gaat. Dan sta je ineens in een enorm grote hal, zo groot als een flinke tennisbaan. Of meer dan één tennisbaan. Dat is de Burgerzaal. Dat is al heel mooi, dat je midden in zo'n paleis een zaal hebt die je aan burgers gegeven hebt. Op de vloer zie je de kosmos uitgebeeld, het hele hemelgewelf met alle sterren en de aarde. Grote platte kaarten, zodat je daar midden in de wereld staat. Dit is het centrum van de wereld, dat is de boodschap. Om je heen allemaal beelden.

00:05:28 Janine Abbring: Hoeveel? Zijn het er tientallen of honderden?

00:05:32 Frits Scholten: Het zijn tientallen beelden. Als je in het midden van die zaal staat, kun je linksom en rechtsom een soort gangen nemen waar alle kantoren van ambtenaren vroeger zaten. Daar zijn overal planeten te zien. Goden Saturnus, Jupiter, Venus en Mars, die wij aan de planeten gekoppeld hebben, zijn daar uitgebeeld. Steeds weer met het idee dat je de kosmos om je heen hebt. Dat je in het midden van het hemelgewelf en de aarde staat.

00:06:05 Janine Abbring: Het centrum van de wereld.

00:06:06 Frits Scholten: Precies, en dat was Amsterdam. Althans, dat vond men. Dat moest het uitstralen.

00:06:11 Janine Abbring: Heel veel Amsterdammers vinden dat nog steeds.

00:06:12 Frits Scholten: Dat klopt. Het is toch zo?

00:06:15 Janine Abbring: In 1655 werd dat gebouw ingewijd. Het moet een monsterklus zijn geweest. Weten we hoe dat in zijn werk ging? Hoe lang heeft hij daaraan gewerkt? Hoe ging dat? Dat deed hij niet in zijn eentje.

00:06:26 Frits Scholten: Nee, het was een enorme klus. Het feit dat ze hem hebben gevraagd, hij kwam uit Antwerpen, betekent ook wel iets, want hij kon dat aan. Hij was gewend om grote opdrachten aan te nemen en het werk te verdelen met een team van medewerkers, assistenten, hulpjes, knechten. Hij heeft letterlijk het atelier dat hij in Antwerpen had achter zich gelaten.

00:06:46 Janine Abbring: Wanneer kwam hij naar Amsterdam?

00:06:48 Frits Scholten: Al in 1648, maar het echte werk begon in 1655. Hij liet dat behoorlijke atelier in Antwerpen achter, dat werd door zijn zwager verder beheerd. Hij opende een hele nieuwe werkplaats in Amsterdam, met heel veel mensen. Hij had in feite twee grote werkplaatsen die op dat moment één van de grootste beeldhouwwerkplaatsen in Europa waren.

00:07:10 Janine Abbring: Aan wat voor orde van grootte moet ik dan denken?

00:07:13 Frits Scholten: Dat is lastig om te zeggen. Je moet je voorstellen dat er tientallen mensen hebben gewerkt. Waarbij er een klein team was van echte beeldhouwers, die hetzelfde werk konden doen als de meester. Die de ontwerpen van de meester vertaalden naar marmer.

00:07:27 Janine Abbring: Deden ze dat ter plekke, of eerst in het atelier en sleepten ze dat dan daar naartoe?

00:07:31 Frits Scholten: Dat weten we niet precies, maar het atelier was deel van de steenwerf van de stad waar heel veel publieke gebouwen werden voorbereid. Waar stenen aankwamen, beeldhouwwerk werd gemaakt, enzovoort. Het zat allemaal dichtbij elkaar en het liep in elkaar over.

00:07:48 Janine Abbring: Waar in Amsterdam had hij dat?

00:07:50 Frits Scholten: Dat was aan de Keizersgracht, bij het Molenpad. Dat is voor Amsterdammers vrij bekend. Toen was de Keizersgracht de laatste gracht, het eind van de stad. Daarna is de stad verder uitgebreid.

00:08:02 Janine Abbring: Dat randje.

00:08:03 Frits Scholten: Precies, dat randje waar nog wat industrie was. Daar zat een gieterij voor brons. Er zit veel brons aan het monument, het paleis. Daar had je die steenwerf, daar had hij zijn eigen huis. Hij zat in het hart van al die activiteiten.

00:08:19 Janine Abbring: Ik kan hier uren over praten, want ik vind het fascinerend om te bedenken hoe dat in die eeuw ging. Hebben ze die beelden over de grachten vervoerd? De Dam kun je niet over het water bereiken.

00:08:31 Frits Scholten: Heel veel ging over het water, ook naar de Dam. De Bijenkorf was er nog niet en het Damrak liep tot aan de Dam. Je kon overal komen. Het was een plek die heel erg doet denken aan Venetië, daar hebben ze naar gekeken. Venetië was een republiek, net als Nederland. Die burgemeesters waren heel republikeins en keken naar die andere republiek. Venetië was een mooi voorbeeld, daar had je het San Marcoplein met een oude kerk, de San Marco. Een Gotische Nieuwe Kerk in Amsterdam. San Marco had nog een toren. Die had de Nieuwe Kerk niet, maar die wilde ze dolgraag erbij hebben. Dan dat paleis, het stadhuis, als nieuw gebouw erbij en dat water. Als je Venetië kent, weet je dat het San Marcoplein uitkijkt over de lagune van Venetië. Dat was hier ook, je kon met een open verbinding naar het IJ.

00:09:22 Janine Abbring: Dat was het voorbeeld en de ambitie.

00:09:24 Frits Scholten: Dat was de ambitie. Er werd naar de Romeinse oudheid gekeken, maar ook naar Venetië en naar de Bijbel.

00:09:30 Janine Abbring: Waar werd zo'n stadhuis in de tweede helft zeventiende eeuw voor gebruikt?

00:09:35 Frits Scholten: Allerlei zaken die we nu ook op het stadhuis regelen. Je in laten schrijven als poorter, geboortes aangeven, huwelijken werden geregistreerd, verzekeringen werden afgesloten. Er was een wisselbank, alle belastingen konden daar vereffend worden. Geschillen werden daar beslecht en er werd recht gesproken. Dat gebeurt nu ergens anders. Als je de doodstraf kreeg, werd dat vonnis voltrokken in het stadhuis, in de vierschaar. Dat kwam gelukkig niet zo vaak voor.

00:10:07 Janine Abbring: Een multifunctioneel gebouw.

00:10:10 Frits Scholten: Zeker.

00:10:16 Janine Abbring: We weten dat Quellinus zo'n belangrijke stempel heeft gedrukt op de beeldhouwkunst op onze hoofdstad. Hoe kan het dat zijn naam niet zo bekend is?

00:10:25 Frits Scholten: Die vraag heb ik mij vaker gesteld en ik denk dat het met de naam zelf te maken heeft. Quellinus is een gekke, half Latijnse naam. Hij wordt ook Quellijn of Quellien afgekort genoemd.

00:10:39 Janine Abbring: Dat is juist een hele goede artiestennaam zou je denken.

00:10:41Frits Scholten: Dat zou je denken. In zijn tijd werkte dat, maar nu niet meer. Dat is vergeten. Dat komt omdat de geschiedenis van de kunst in Nederland een verhaal is van schilderkunst. Wij kennen Rembrandt, Frans Hals, Jan Steen, Vermeer en noem ze maar op.

00:10:57 Janine Abbring: De Nederlandse beeldhouwkunst is een ondergeschoven kindje zeg jij?

00:11:00 Frits Scholten: Nogal.

00:11:02 Janine Abbring: Wat maakt Quellinus in jouw ogen zo bijzonder?

00:11:06 Frits Scholten: Je vraagt het aan een kunsthistoricus, die kijkt er wat anders naar. Als ik puur emotioneel kijk, dan is het één van de allerbeste beeldhouwers op dat moment in Europa. Iemand die dat marmer op zo'n warme manier kan behandelen, zo deegachtig maakt. Dat is heel spectaculair, denk ik.

00:11:26 Janine Abbring: Deegachtig, wat een mooi woord.

00:11:28 Frits Scholten: Dat is het wel een beetje. Als je zo'n beeld maakt, maak je eerst een model in klei of in was. Je kneedt het voor. Aan de andere kant is hij heel invloedrijk geweest. Nu is de kunsthistoricus aan het woord. Hij heeft school gemaakt, omdat beeldhouwkunst toen geen hele grote rol speelde in Nederland. We hadden een beeldenstorm gehad.

00:11:50 Janine Abbring: Wat bedoel je met school gemaakt?

00:11:51 Frits Scholten: Hij heeft een heleboel mensen opgeleid en een enorme impuls gegeven aan de beeldhouwkunst in ons land. In Vlaanderen was dat veel anders. Daar was een katholieke kerk die heel veel opdrachten gaf voor altaarstukken en grote heiligenbeelden. Dat hadden wij niet. Die beeldhouwkunst verloor na de beeldenstorm en de Reformatie een belangrijke opdrachtgever. Beeldhouwkunst was niet meer deel van onze maatschappij, schilderkunst wel. Hij heeft weer een prikkel gegeven aan dat idee. Hij heeft die beeldhouwkunst weer op de kaart gezet en gezorgd voor offspring. Nieuwe talenten werden opgeleid in zijn atelier en zorgden dat die beeldhouwkunst in de Noordelijke Nederlanden een eigen stempel kreeg.

00:12:35 Janine Abbring: Jij maakte net een tweedeling tussen hoe jij emotioneel en professioneel naar zijn werk kijkt. Kun jij je de eerste keer nog herinneren dat jij het Koninklijk Paleis op de Dam binnenliep?

00:12:48 Frits Scholten: Ja, dat kan ik me nog herinneren.

00:12:50 Janine Abbring: Hoe voelde dat?

00:12:51 Frits Scholten: Dat was tijdens mijn studie. Ik kwam uit Groningen een dag in Amsterdam. Toen wilde ik dat per se zien, omdat ik in mijn studie al door de beeldhouwkunst was gegrepen. Om dezelfde reden. Ik had een beeld gezien in het Groninger Museum in een depot, waar ik toen werk deed. Dat was een putto, een klein knaapje van marmer. Dat intrigeerde me. Daar liep ik elke dag langs met precies diezelfde reden. Waarom kan een beeldhouwer dat babyvet maken in marmer? Dat is toch ongelooflijk, dat je het gevoel hebt dat dat flappert en beweegt? Dat fascineerde mij en was de prikkel om hier te gaan kijken.

00:13:25 Janine Abbring: Toen ging je als bevlogen student naar Amsterdam vanuit Groningen.

00:13:29 Frits Scholten: Dan ben je overweldigd. Ik merk iedere keer als ik collega's spreek die in de beeldhouwkunst zitten, dat ze het vaak niet kennen. Als ik buitenlanders meeneem, zijn ze zo overdonderd omdat dit zo on-Nederlands is. Nederland wordt niet geassocieerd met zulke beeldhouwkunst en het is een paleis. Het is Italiaans bijna, of Frans. Het heeft de allure van Versailles, of de Sint-Pieter in Rome.

00:14:04 Janine Abbring: Een podcast moet tijdlozer zijn, maar ik wil er toch naar vragen. De dag dat wij dit opnemen, wordt de tentoonstelling geopend. Jij en je collega's gaan straks Willem-Alexander daar rondleiden. Wat hoop je dat hij daar meekrijgt? Hoe ga je hem dit gevoel overbrengen?

00:14:23 Frits Scholten: Die tentoonstelling is zo mooi ingericht, dat dat heel makkelijk gaat. Ik denk dat hij dat zeker ook gaat ervaren. Hij kent dat paleis door en door mag ik aannemen. Misschien kijkt hij nu met iets andere ogen en beseft hij meer dat het niet alleen om allerlei details gaat, maar dat het als ensemble ook zo bijzonder en uniek is. Dat zou mooi zijn.

00:14:46 Janine Abbring: Dit is de allereerste overzichtstentoonstelling van Quellinus. Wat gaan we zoal zien? Het paleis vormt het levend decor. Dat werk, maar daarnaast nog ik weet niet hoeveel topstukken uit binnen- en buitenland. Vertel.

00:15:01 Frits Scholten: Het is inderdaad een overzichtstentoonstelling over deze beeldhouwer Quellinus. We hebben heel duidelijk een richting gekozen. We willen weten hoe dat werkte in die werkplaats in Amsterdam. Hij zat ook in Antwerpen, maar we wilden echt weten hoe dat er in Amsterdam aan toe ging. Hoe heeft hij dat voor elkaar gekregen?

00:15:15 Janine Abbring: Aan de Keizersgracht?

00:15:17 Frits Scholten: Precies. We laten heel veel stukken zien die hij gemaakt heeft in kleimodellen, voorbereidend werk, schetsen. Omdat het paleis er staat en die echte beelden uitgevoerd zijn, kun je dat naast elkaar laten zien. De bezoeker kan zien dat een beeld van 50 centimeter hoog ineens 2 meter hoog wordt in marmer. We laten tekeningen zien. Vooral hele mooie beelden. Er zijn twee beelden van ruim 2 meter hoog. Een Petrus uit een kerk in Antwerpen en een Minerva uit Kleef, net over de grens bij Nijmegen in Duitsland. Beide hier in Amsterdam gemaakt, ongeveer in hetzelfde jaar 1658-1659-1660. Die hebben de stad verlaten. De ene moest naar die kerk in Antwerpen en is daar nooit meer uitgehaald. Het is een waanzinnig beeld.

00:16:08 Frits Scholten: De andere is een geschenk geweest van de stad Amsterdam aan de stadhouder in Kleef. Dat was Johan Maurits van Nassau-Siegen, de man die het Mauritshuis gebouwd heeft. Die was namens de keurvorst in Brandenburg, van wie Kleef was, stadhouder daar. Amsterdam als stad dacht: we geven hem een cadeautje.

00:16:27 Janine Abbring: Van 2 meter.

00:16:28 Frits Scholten: Van 2 meter, een mooie fontein van Minerva voor in zijn nieuwe tuin. Dat is ook gebeurd en die is daar altijd geweest. Hij is één keer terug geweest in Amsterdam.

00:16:36 Janine Abbring: Dat is een beeld wat in een fontein staat?

00:16:39 Frits Scholten: Het centrale beeld van een fontein, met dolfijnen eromheen waar water uit spoot.

00:16:45 Janine Abbring: Hoe reageert zo'n kerk? Er zijn ook beelden uit het Louvre, Rubenshuis, het Statens Museum for Kunst in Kopenhagen. Er zijn ook kleinere beelden bij, maar we hebben het nu over een beeld van 2 meter. Hallo, klop klop, mogen we dat even lekker naar Amsterdam vervoeren? Werd daar meteen met groot enthousiasme op gereageerd?

00:17:05 Frits Scholten: Niet altijd. Ik moet erbij zeggen dat we heel veel geluk gehad hebben door goede contacten te hebben. De mensen die ons daarbij geholpen hebben. Het museum in Kleef was aan een dakrenovatie toe. Dit paste daar heel mooi in. Hetzelfde geldt voor het Amsterdam Museum, dat dicht is. Waardoor alle terracotta's die in de collectie van het Amsterdam Museum zijn, nu beschikbaar zijn. Antwerpen was een wat langer verhaal, maar met hulp van collega's uit het Rubenshuis die weer de juiste ingangen wisten bij zo'n kerkbestuur is het gelukt. Het gaat niet altijd heel makkelijk, maar ik denk dat iedereen beseft heeft dat dit een once-in-a-lifetime tentoonstelling is. Dit gaat niet zo gauw weer gebeuren. Er zijn kleinere tentoonstellingen geweest die ook iets met Quellinus deden, maar dat je op de plek waar hij zijn meesterwerk heeft gemaakt, dat stadhuis, zijn beste werken bij elkaar brengt, dat ga je niet nog een keer meemaken.

00:18:12 Janine Abbring: Je noemde de Sint Petrus, het grote beeld van Minerva in de fontein. Er worden ook inspiratiebronnen uit de oudheid getoond.

00:18:18 Frits Scholten: Klopt. Een heel mooi voorbeeld is een beeld uit het Louvre, de Zingarella. Dat betekent zigeunerin. Dat is de bijnaam die het beeld heeft gekregen. Het is een Romeins torso, een lichaam zonder armen en benen. Waar een beeldhouwer in de zeventiende eeuw in Rome aan een marmeren blok voeten, handen en een hoofd in brons heeft gemaakt. Dat werd toen een beroemd beeld, als een soort herschepping. Quellinus is in Rome geweest en dat heeft hij daar gezien in de jaren '30. Hij heeft dit letterlijk vertaald naar een beeld dat nu op het paleis op de gevel staat. Althans het lichaam, want dat was het oudste Romeinse deel.

00:19:01 Janine Abbring: Hoe richt je zo'n paleis in? Vraag ik me opeens af. Hoe pak je dat aan?

00:19:06 Frits Scholten: Dat is heel moeilijk. Je hebt de grote zaal in het midden en die gangen eromheen. Ik beschreef het al even, die zijn relatief leeg. Daar staan geen meubels, daar hangen wel wat lampen, maar dat is vrij overzichtelijk. Dat zijn ook de plekken waar de meeste beelden van hem zitten. Daar zijn eilanden in gemaakt met vitrines met sokkels.

00:19:30 Janine Abbring: Je moet een soort route maken.

00:19:30 Frits Scholten: Je komt aan in die grote hal en daar wordt je verwelkomt door allemaal burgemeesters die hij gebeeldhouwd heeft. Dan ga je die gangen in en volg je zijn levensgang en zijn werk. Dat gaat verrassend goed. Dat was een vraag die we onszelf vaak gesteld hebben. Hoe kun je in die enorme overweldigende ruimte nog aanwezig zijn met een tentoonstelling? Dat is heel goed gelukt moet ik zeggen.

00:19:57 Janine Abbring: Je straalt helemaal.

00:19:58 Frits Scholten: Het is verrassend mooi geworden, want we hebben continu met die vraag geworsteld. Als je dan ziet hoe het geworden is, dan is het fenomenaal.

00:20:07 Janine Abbring: Once in a lifetime, ook voor jou. Zo klinkt het een beetje.

00:20:09 Frits Scholten: Dat klopt, dat is het ook. Dit is heel bijzonder. Ik heb het vrijdag voor het eerst compleet gezien. Het is allemaal op zijn plek gevallen, maar de beelden zijn nog nooit zo mooi geweest. Die beelden die ik net al noemde, die Petrus van 2 meter hoog en die Minerva uit Kleef, dat zijn beelden die je in hele andere omgevingen al eens gezien hebt. Met slecht licht, of onder een laag dak. Nu ineens in volle glorie, dat is heel bijzonder.

00:20:37 Janine Abbring: Je komt binnen, dan wordt je begroet door die burgemeesters. Jij kunt in je hoofd die hele route denk ik al min of meer afleggen. Dan wil ik nog heel even terug naar wat je net al even aanstipte. Die plek, die ruimte waar die doodvonnissen werden voltrokken als het zo uitkwam. Dat is een visueel spektakel. Wat zien we daar?

00:20:58 Frits Scholten: Dat is op de begane grond aan de voorkant, dus aan de damzijde. Het is een hele kleine zaal. Een smalle ruimte, maar helemaal van marmer. Ook heel rijk van beeldhouwkunst voorzien. Als je binnenkomt als bezoeker, heb je aan je linkerkant een enorme wand met tredes daarvoor. Daar zaten de rechters. Achter hen zaten hele grote vrouwenfiguren. Kariatiden, dragende zuilen in de vorm van vrouwen die dat hele gewelf dat er boven zit en de wand daar dragen. Het zijn symbolen voor berouw en schuld. Het zijn vrouwen die aangeven in hun gebaren dat ze zich schuldbewust zijn en berouw hebben, maar ook dat ze iets hebben misdaan. Dat klopt, want die vierschaar waar we dan staan, is de plek waar de doodvonnissen werden uitgesproken door de burgemeesters. Aan de Damzijde, zodat het publiek kon meekijken.

00:21:50 Janine Abbring: Oh wow, door het raam?

00:21:53 Frits Scholten: Door het raam. Nu is dat glas, maar dat was toen niet. Er zaten bronzen hekken voor, maar je kon het volgen als publiek. Dat was belangrijk denk ik, want het had een duidelijke example functie. Je moest laat zien: doe dit vooral niet, want dit gaat er met je gebeuren.

00:22:09 Janine Abbring: Dit is dan je lot. Een kleine ruimte helemaal van marmer. Waar komt de term vierschaar vandaan?

00:22:14 Frits Scholten: Dat is de naam van de groep rechters die het vonnis uitsprak. Achter hen zijn op de wand drie grote reliëfs in marmer uitgebeeld. Dan moet je denken aan reliëfs van een 1,5 meter, 2 meter hoog. Het zijn niet zulke kleine dingen. Dan zie je weer beroemde rechtspraak uit de Bijbel en de oudheid. Dat waren voorbeelden voor die rechters om zich aan te spiegelen. Denk erom, ook als het om eigenbelang gaat altijd rechtvaardig blijven. Zelfs als mijn eigen zoon voor me zou staan en ik moet een oordeel geven, moet ik hem rechtvaardig straffen en niet voortrekken. Het was een voorbeeld voor die rechters, maar ook voor de beschuldigde. Die zag dat die rechters zich spiegelen aan dat voorbeeld. Ik heb het wel misdaan, maar dat is mijn eigen lot. Ze zullen het rechtvaardig beoordelen.

00:23:06 Janine Abbring: Je vertelt van vrouwenfiguren die het plafond dragen. Quellinus had ook een goed gevoel voor drama.

00:23:14 Frits Scholten: Dat is barok. We hebben hem al even als barokke beeldhouwer genoemd. Barok is een heel lastig begrip. Het gaat heel veel over theatraliteit en het oproepen van emoties bij de beschouwer.

00:23:28 Janine Abbring: Bij de leek gaat het misschien meer om tierelantijnen, maar het gaat ook om grootsheid.

00:23:33 Frits Scholten: Het gaat om grootsheid, maar het gaat vooral om je als kijker te infiltreren. In te zuigen in wat er gebeurt. Daar worden alle middelen ingezet.

00:23:42 Janine Abbring: Wat een goed drama doet.

00:23:43 Frits Scholten: Precies, het gaat om drama.

00:23:45 Janine Abbring: Hoe zie je dat in zijn werk? Waar zit het drama voor jou?

00:23:49 Frits Scholten: Het interessante is dat Quellinus een beetje teruggefloten wordt in Amsterdam, want wij zijn niet zo barok. Wij zijn toch wat calvinistischer. Die burgemeesters wilden vooral die ingetogene, klassieke oudheid erin hebben.

00:24:01 Janine Abbring: Protestants barok.

00:24:02 Frits Scholten: Precies, dat is het. Of burgerbarok mag je het ook noemen, want die echte barok is een taal van de vorsten en de katholieke kerk. Het zit in de grootsheid, in de enorme hoeveelheid, ook in gebaren en momenten die uitgebeeld worden. Echt van die kantelmomenten. Het moment waarop iemands hoofd afgehakt dreigt te worden, of een oog wordt uitgestoken. Dan heb ik het over die reliëfs achter die rechters. Tegelijkertijd iets ingetogener, want het is wel Hollands.

00:24:31 Janine Abbring: Wat grappig. Dan ben je Quellinus en wil je helemaal los. Dan heb je die voorbeelden uit Rome en Venetië en dan is het: doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg.

00:24:44 Frits Scholten: Ik denk juist dat ze Quellinus om die reden heb gekozen, want hij was in Rome geweest en had daar heel veel invloed van die klassieke oudheid gekregen. Hij heeft onder Rubens invloed gewerkt en die twee werden tot een soort prachtige menging in zijn stijl. Hij wist beide snaren te raken. Die wat overdreven, barokke kant en die wat ingetogener kant van die Romeinse oudheid.

00:25:12 Janine Abbring: De buitenzijde van het paleis hoort ook tot de tentoonstelling. Wat zien we daar in het kort?

00:25:19 Frits Scholten: Ik denk dat veel mensen het als een streng gebouw zien. Dat is die strengheid, dat classicisme van die klassieke oudheid. Je ziet een heel strak gebouw, maar rijk versierd met allemaal guirlandes. Een soort festoenen, kransen van bloemen. Vooral van allerlei voorwerpen die weer relateren aan wat Amsterdam betekent. Je ziet allemaal koralen en schelpen, verwijzend naar de zee waar de handel vandaan kwam. Ook twee timpanen aan de voor- en achterkant. Dat is misschien belangrijker. Dat zijn grote driehoekige velden als bekroning van de gevel met allemaal beelden erin. Aan de voorkant, de Damkant, is dat de Stedenmaagd van Amsterdam in het midden, die allemaal voorwerpen aangedragen krijgt over zee. De zeeën brengen een soort eerbewijzen aan de stad Amsterdam.

00:26:10 Frits Scholten: Amsterdam heeft zijn rijkdom in belangrijke mate aan de zeehandel te danken. Aan de andere kant, de westzijde, vind je de werelddelen die datzelfde doen. Althans de toenmalige werelddelen, vertegenwoordigd door dieren en mensen die met die werelddelen werden geassocieerd. Je ziet een Arabier met een kameel lopen voor Azië bijvoorbeeld.

00:26:32 Janine Abbring: In de voorbereiding op de tentoonstelling is er heel veel onderzoek gedaan. Zijn er nieuwe inzichten verkregen?

00:26:39 Frits Scholten: Wat ons heel erg bezighoudt is: hoe ging dat in zijn werk? Je hebt ineens zo'n enorm atelier in Amsterdam. Hoe maak je van een schetsje op papier, letterlijk bijna van een bierviltje, een beeld van marmer of brons van 2 meter hoog? Daar zitten zoveel stappen tussen. We hebben in Amsterdam heel veel modellen in klei die gediend hebben als schetsjes of voorstudies voor die grote beelden Dat is bijna uniek in de wereld. Dat zijn er bijna 50. Dat is een ensemble dat nergens in de wereld bestaat in zo'n uitgebreide vorm, voor zo'n grote opdracht.

00:27:13 Janine Abbring: Waarom zou je zoiets bewaren, zou je denken.

00:27:15 Frits Scholten: Die waren van de stad. Hij was niet in dienst van de stad, maar de stad was zijn opdrachtgever. Quellinus moest die modellen weer achterlaten nadat hij Amsterdam verliet. Die zijn altijd in het bezit van de stad gebleven.

00:27:26 Janine Abbring: Wat hebben jullie geleerd door die kleine kleien beeldjes te bestuderen?

00:27:31 Frits Scholten: Daar kan je heel veel van aflezen. Er zitten vingerafdrukken op bijvoorbeeld. We hebben gekeken naar vingerafdrukken. Dat is best wel lastig, want als je 10 mensen in een atelier hebt en iedere mens heeft 10 vingers, dan heb je 100 potentiële vingerafdrukken. Voordat je een match vindt, bijvoorbeeld Quellinus zijn eigen vingerafdruk, moet je even zoeken. We hebben wat dingen gevonden en het gaat de goede richting in. We kijken bijvoorbeeld ook naar waar hij zijn klei vandaan haalde. We kunnen door technisch onderzoek nu vaststellen of dat klei is uit Antwerpen, of hier uit de buurt. Uit kleiputten in het Gooi bijvoorbeeld. We willen weten hoe dat marmer allemaal aangevoerd werd en wat dat kostte. We willen weten hoeveel mensen er werkten in zijn atelier en wat voor dagloon die verdienden. Hoe die werkverdeling was. De geldstromen, al dat soort dingen. De meer economische kant, maar ook artistieke werkprocessen proberen we bloot te leggen.

00:28:24 Janine Abbring: Wat verdienden ze op een dag? Weten we dat al?

00:28:25 Frits Scholten: Dat is heel verschillend en moeilijk te zeggen.

00:28:29 Janine Abbring: Een hele Nederlandse vraag.

00:28:31 Frits Scholten: Ik kan wel een bedrag noemen, maar dan weet je nog niks.

00:28:34 Janine Abbring: Ook in die tijd. In de overzichtstentoonstelling zijn 60 werken uit het Rijksmuseum opgenomen. Is er nog werk van Quellinus over in het Rijksmuseum de komende tijd?

00:28:46 Frits Scholten: Niet zo heel veel. Ook hier geldt dat we een beetje mazzel hadden, want achter de Nachtwacht was een grote zaal waar al die Quellinus terracotta's die we hebben tentoongesteld normaal gesproken staan. De Nachtwacht wordt gerestaureerd, dus die zaal was niet meer beschikbaar. Ook daar hebben we van de nood een deugd gemaakt. Voorlopig zijn er heel veel hier in het paleis te zien. Straks na de tentoonstelling, gaat een kleiner deel weer in de vaste opstelling terug. Uiteindelijk zullen ze allemaal weer te zien zijn, maar dat duurt nog een paar jaar.

00:29:14 Janine Abbring: De werken die normaliter op zaal te zien zijn, zijn tijdelijk verhuisd naar het paleis. Inclusief het portret van een hond die altijd trouw op zijn plek ligt. Die wil ik nog even noemen, omdat het stiekem een beetje mijn lievelings is. Wat kun je daar over vertellen?

00:29:30 Frits Scholten: Dat is een heel bijzonder beeldje. Dat is een portret van een hond en dat kom je niet zo vaak tegen. Het is een liggende hazewindhond, in eikenhout gemaakt. Met zijn pootjes heel mooi gestrekt vooruit, zijn hoofd iets opzij gewend.

00:29:43 Janine Abbring: Je ziet zijn ribben een beetje, hij heeft een brede halsband om.

00:29:47 Frits Scholten: Die halsband maakt dat we weten dat het een portret moet zijn. Het is namelijk een halsband met een familiewapen erop. Het wapen van de familie Roose, dubbel O S E.

00:29:58 Janine Abbring: Je bedoelt dat het een portret moet zijn. Het is niet zomaar een straathond, het is in opdracht.

00:30:02 Frits Scholten: Het is in opdracht. Die Rooses waren belangrijke mensen. Pieter Roose was de man van wie dit hondje is geweest. Die was premier van België, de Zuidelijke Nederlanden in die tijd. Hij was de hoogste baas in de regering onder de aartshertogen die namens de Spaanse koning daar regeerden. Hij was een hele belangrijke politieke man. Hij had een mooi buitenhuis, een mooi kasteel. Dit is zijn hond. Hij heeft waarschijnlijk zo'n hond gehad, want we zien op afbeeldingen dat hij vaker wordt afgebeeld met Hazewindhonden in zijn omgeving. In zijn inventaris worden honden genoemd, dus dit moet zijn hond zijn. Hij heeft kennelijk Quellinus gevraagd een portret van die hond te maken. Of dat gebeurd is bij leven van de hond, een levend portret, weet ik niet.

00:30:48 Janine Abbring: Dat die geposeerd heeft.

00:30:49 Frits Scholten: Het kan een herinnering zijn aan een hond. Het is absoluut geen doorsnee hondje en het is duidelijk gemaakt als beeld op zich. Honden komen ook op grafmonumenten voor als beeld van trouw.

00:31:01 Janine Abbring: Liggend aan de voeten.

00:31:02 Frits Scholten: Precies, maar dit is een hond gemaakt als hond. Dat maakt het wel bijzonder, want portretten van honden zijn er niet zoveel in de kunst en in de beeldhouwkunst nog veel minder. Dit is wel een vroege.

00:31:15 Janine Abbring: Een bijzondere. Dit is eentje waar ik bij stil zou staan. Bij welke ga jij het langste stilstaan als jij vanmiddag tijdens die opening daar in het Koninklijke Paleis staat?

00:31:26 Frits Scholten: Dat is een hele lastige, want er is zoveel te zien. Wat ik heel mooi vind, zijn de twee atlassen die hij gemaakt heeft. De atlas die het hemelgewelf draagt, twee hele robuuste kerels, waarvan er één uiteindelijk op de gevel van het stadhuis, van het paleis, is terechtgekomen. Daar zijn modellen van. Er zijn er twee die naast elkaar staan die je normaal gesproken niet naast elkaar ziet. De één zit in het Amsterdam Museum en de ander in het Rijksmuseum. Je kunt ze nu samen zien. We weten uit de archieven dat Quellinus de eerste heeft gemaakt en die werd afgekeurd. Toen heeft hij een tweede gemaakt. Het is een beetje zoek de zeven verschillen. Het zijn allebei desondanks fantastische beelden en het laat hem zien als een modelleur pur sang. Dat is voor mij een hoogtepunt.

00:32:14 Janine Abbring: De tentoonstelling Artus Quellinus beeldhouwer van Amsterdam, is te zien in het Koninklijk Paleis op de Dam tot en met 27 oktober 2025. Bij de tentoonstelling verschijnt een uitgebreide catalogus onder redactie van Bieke van der Mark, één van de samenstellers van de tentoonstelling. Wil je meer afleveringen horen van In het Rijksmuseum? Abonneer je dan op de serie.

Abonneer je op In het Rijksmuseum met je favoriete podcastspeler

Met dank aan

In het Rijksmuseum is powered by ING.