150 jaar contractarbeid

29 min

Uit de serie Podcast: In het Rijksmuseum

05-06-2023 - Rijksmuseum

Op 5 juni 1873 kwam het schip Lalla Rookh aan in Suriname, met aan boord de eerste contractarbeiders uit Brits-Indië. In 2023 is dat precies 150 jaar geleden. Het Rijksmuseum maakt deze geschiedenis zichtbaar in een kleine presentatie met foto’s. Wie waren deze contractarbeiders? Welke positie hadden zij in Suriname? En hoe werkt deze geschiedenis door tot vandaag?

In deze aflevering praat Janine Abbring met conservator Eveline Sint Nicolaas en kunstenaar en onderzoeker Sarojini Lewis over deze geschiedenis.

Luister

Lees hieronder het volledig uitgeschreven gesprek

00:00:00 Eveline Sint Nicolaas: Er waren wel voorwaarden en er was iets meer toezicht, ook vanuit de Britse overheid in Suriname. Het is zeker dat het op papier zo was en het is natuurlijk in Suriname altijd zo geweest dat de plantages ver van het machtscentrum in Paramaribo lagen. Dus er was een hele grote vrijheid voor de plantage-eigenaren om hun eigen beleid te voeren. Wat de contractarbeiders zeker niet was verteld bij vertrek in India, is dat er allerlei straffen op stonden als je bijvoorbeeld niet aan je oogst kwam. Er werd vaak helemaal niet per dag of per uur betaald, maar per taak en dat viel negatief uit voor de contractarbeiders.

00:00:40 Janine Abbring: Op 5 juni 1873 kwam het schip Lalla Rookh aan in Suriname met aan boord de eerste contractarbeiders uit Brits-Indië. In 2023 is dat precies 150 jaar geleden. Het Rijksmuseum maakt deze geschiedenis zichtbaar in een kleine presentatie met foto's. Wie waren deze contractarbeiders? Welke positie hadden zij in Suriname en hoe werkt deze geschiedenis door tot vandaag? Ik ben Janine Abbring en dit is een bonusaflevering van In het Rijksmuseum, de podcast van het Rijksmuseum, waarin we bijzondere verhalen vertellen over voorwerpen en hun makers. Verdeeld over vier verdiepingen en 80 zalen zie je in het Rijksmuseum meer dan 8000 voorwerpen.

00:01:24 Janine Abbring: In deze bijzondere bonusaflevering spreek ik met conservator geschiedenis Eveline Sint Nicolaas en kunstenaar en onderzoeker Sarojini Lewis, die onderzoek deed naar vrouwelijke Hindoestaanse contractarbeiders in Suriname. Met in deze aflevering: 150 jaar contractarbeid in Suriname. Wil je deze geschiedenis in foto's online bekijken? Ga dan naar rijksmuseum.nl/podcast. Eveline Sint Nicolaas, als jij die kleine presentatie zou omschrijven in een paar zinnen, hoe zou je dat doen?

00:01:55 Eveline Sint Nicolaas: De presentatie bestaat voornamelijk uit foto's van twee amateurfotografen: Théodore van Lelieveld en Hendrik Doijer. Die waren allebei aan het eind van de negentiende eeuw in dienst van de Nederlandse staat in Suriname, maar ze waren vooral heel enthousiaste amateurfotografen en hadden een bijzondere belangstelling voor contractarbeiders. Théodore van Lelieveld was adjudant van de gouverneur en hij nam overal waar de gouverneur ging zijn camera mee. Bijvoorbeeld naar het immigrantendepot, de plek waar contractarbeiders na de reis over zee eerst een paar weken verbleven om te wachten op welke plantage ze waren ingedeeld. Hij heeft daar allerlei foto's gemaakt van de mensen die aan het wachten zijn. Soms groepsportretten en soms waren ze hun kleding aan het wassen in de rivier bijvoorbeeld.

00:02:45 Janine Abbring: Dus we krijgen echt een blik op die wereld door hun ogen?

00:02:50 Eveline Sint Nicolaas: Ja, er spreekt heel duidelijk bij beide fotografen fascinatie uit voor de mensen die van zover naar Suriname kwamen en er vaak heel mooi gekleed uitzagen. Dat zie je vooral bij Van Lelieveld. Hij heeft een enorme fascinatie voor het uiterlijk en de sieraden.

00:03:06 Janine Abbring: We gaan straks veel meer horen over deze heren, maar vooral over de foto's die ze hebben gemaakt. Misschien zijn we nog wel meer geïnteresseerd in de vrouwen die ze hebben vastgelegd. De presentatie heb je niet alleen gemaakt, maar samen met Sarojini Lewis, onderzoekster en kunstenaar, hier ook in de studio. Maar ik wil eerst even van jou weten, Eveline, hoe is zij op jouw pad gekomen?

00:03:28 Eveline Sint Nicolaas: Sarojini zocht contact met het Rijksmuseum omdat ze aan het promoveren was op hoe Hindoestaanse contractarbeiders op foto's zijn vastgelegd. Ze vertelde dat de foto's in onze collectie een belangrijke rol speelden in haar onderzoek. Ik heb met haar afgesproken en we zijn daar samen naar gaan kijken. Dat was ontzettend bijzonder, omdat we allebei vanuit onze eigen invalshoek naar die foto's keken en elkaar op dingen wezen. Ik vond het hele inspirerende ontmoetingen.

00:03:59 Janine Abbring: Op wat voor andere manier keken jullie naar die foto's dan?

00:04:02 Eveline Sint Nicolaas: Ik denk dat ik heel erg keek vanuit mijn kennis van de geschiedenis van Suriname en de komst van contractarbeiders op een wat zakelijke en feitelijke manier. Ik hou heel erg van details en inzoomen op foto's en Sarojini - dat kan ze zelf natuurlijk het beste vertellen - kijkt met een veel grotere betrokkenheid en bagage, denk ik, en een grotere kennis van de achtergrond van de mensen vanuit India.

00:04:30 Janine Abbring: Sarojini, tegenover Eveline, met wat voor blik kijk jij naar dit soort foto's?

00:04:36 Sarojini Lewis: Ja, ik denk met een andere blik, wat Eveline net ook zei. Mijn eigen voorouders hoorden bij die migratiestroom en die zijn vanaf 1873 ook met de boot vertrokken naar Suriname. Er waren geen pasfoto's van mijn voorouders, dus je weet niet hoe ze eruit hebben gezien. Elke foto zou ook een ver familielid of een gerelateerde kunnen zijn. Dat maakt die foto's zo bijzonder, want je hebt gezichten bij een community die hoort bij je voorouders.

00:05:13 Janine Abbring: Op die manier voel je natuurlijk ook meer betrokken.

00:05:17 Sarojini Lewis: Ja, dat is een grote betrokkenheid bij de gezichten van de mensen.

00:05:23 Janine Abbring: Ik wilde al vragen: waarom zou iemand promoveren specifiek op dit onderwerp? Maar dat snap ik nu. Daar komt ook je persoonlijke betrokkenheid vandaan.

00:05:31 Sarojini Lewis: Ja, zeker. Mijn moeder is in Suriname geboren. Haar voorouders zijn allemaal vanuit India gemigreerd naar Suriname. Het is op mijn pad gekomen omdat mijn moeder schreef over deze migratie en ook gedichten schreef. Dus vanaf jongs af aan wist ik ervan af en heeft het een grote betrokkenheid gecreëerd in mijn perceptie waar we vandaan komen.

00:06:01 Janine Abbring: En jij wist dus dat het Rijksmuseum die foto's ook in een collectie had?

00:06:05 Sarojini Lewis: Ja, dat wist ik. Ik keek vaak op de Rijksstudio en ik wist ook dat er originele stukken waren. Dus ik vond het heel belangrijk om dat samen met Eveline te bezichtigen en te zien in wat voor staat de foto's waren en in wat voor albums ze zaten.

00:06:23 Janine Abbring: Eveline, wat waren de motieven van die mannen en vrouwen om contractarbeider te worden, om je land te verlaten, om naar een totaal onbekende toekomst toe te gaan?

00:06:35 Eveline Sint Nicolaas: Heel belangrijk daarbij is hongersnood en grote armoede. Dat waren enorme pushfactoren zou je kunnen zeggen.

00:06:42 Janine Abbring: In Brits-India op dat moment?

00:06:44 Eveline Sint Nicolaas: Ja, een heel groot deel van de contractarbeiders die vanuit India zijn gekomen, komen uit twee gebieden in de stroming van de Ganges: Bihar en Uttar Pradesh. Dat is een heel dichtbevolkt gebied. Aan het eind van de negentiende eeuw zijn daar een aantal keer enorme overstromingen geweest. Dat leidt natuurlijk tot hongersnood, want het is een landbouwgebied, maar ook vrees voor besmettelijke ziekten. Dat kan je je voorstellen als er voortdurend overstromingen zijn. Er is dus ontzettende armoede en mensen worden benaderd, geronseld zou je kunnen zeggen, door allerlei agenten die in dat gebied zijn. Die mensen zeiden: als je nu naar Kolkata - wat toen Calcutta werd genoemd - gaat, dan kan je daar met een contract voor vijf jaar je geld verdienen en kan je je familie door deze moeilijke tijd brengen in een land waar je geld krijgt. Dat zag er eigenlijk allemaal heel positief uit. Het was wel ver weg, maar men had waarschijnlijk geen idee hoe ver weg en waar men precies naartoe ging.

00:07:47 Janine Abbring: Dit was tien jaar na de afschaffing van slavernij. De slavernij werd afgeschaft, maar de tot slaaf gemaakten moesten, bizar genoeg, nog tien jaar lang doorwerken voor de plantagehouders. De plantagehouders dachten: oh jee, paniek, we moeten straks wel door. Dus die ronselden daar mensen. Weten we wat voor plaatje er werd geschetst van het plantageleven in Suriname bij de mensen die daar mogelijk heen gingen?

00:08:12 Eveline Sint Nicolaas: Ik denk dat er een heel rooskleurig beeld van werd geschetst. Je zou kunnen zeggen dat de gouden bergen bij aankomst niet leken te bestaan. Er werd gezegd: je gaat voor vijf jaar, je hebt een gratis thuis, je terugreis wordt betaald en jij wordt betaald. Dus het voelde als een mogelijkheid om de ellende van India achter je te laten voor een tijdelijke periode. Je moet natuurlijk wel in gedachte houden dat mensen weggingen met het idee dat ze heel veel geld gingen verdienen.

00:08:46 Janine Abbring: Een beter leven?

00:08:48 Eveline Sint Nicolaas: Ja, ook. En dat ze de achterblijvers van hun familie door een moeilijke tijd konden brengen.

00:08:55 Janine Abbring: Hoe pakte de harde werkelijkheid uit, Sarojini?

00:08:58 Sarojini Lewis: Ik denk dat het plantageleven anders was dan ze zich hadden voorgesteld op de bootreis van drie maanden. De plantage-eigenaren waren natuurlijk gewend aan de tot slaaf gemaakten en de extremiteit van de slavernij. De arbeiders hadden een soort ideaalbeeld gecreëerd. Wij gaan naar een land dat beter is. Ik denk dat het vrij extreme omstandigheden waren. Ondanks het loon, waren het lange werkdagen en was er niet altijd genoeg voedsel. De hygiënische omstandigheden waren slecht. Veel vrouwen overleden tijdens de bevallingen. Veel kinderen stierven. Kinderen moesten ook hun contract afmaken vanaf drie jaar. Ik weet niet hoe oud ze begonnen. Dat is nogal extreem allemaal.

00:09:56 Janine Abbring: Ik las inderdaad: mannen kregen 60 cent per dag, vrouwen 40 cent. Maar, bot gezegd, is het schamele loon dat ze kregen, het enige wat verschilde van de situatie waarin de tot slaaf gemaakten zaten. Kan ik dat zo zeggen?

00:10:12 Eveline Sint Nicolaas: Ja. Er waren wel voorwaarden en er was iets meer toezicht, ook vanuit de Britse overheid in Suriname. Het is zeker dat het op papier zo was en het is natuurlijk in Suriname altijd zo geweest dat de plantages ver van het machtscentrum in Paramaribo lagen. Dus er was een hele grote vrijheid voor de plantage-eigenaren om hun eigen beleid te voeren. Wat de contractarbeiders zeker niet was verteld bij vertrek in India, is dat er allerlei straffen op stonden als je bijvoorbeeld niet aan je oogst kwam. Er werd vaak helemaal niet per dag of per uur betaald, maar per taak en dat viel negatief uit voor de contractarbeiders.

00:10:54 Janine Abbring: Sarojini, jij noemde net al de reis, drie maanden op een boot. Jij hebt onderzoek gedaan naar met name de vrouwen die de reis maakten naar Suriname. Wat ben jij zoal tegengekomen?

00:11:07 Sarojini Lewis: Er zijn veel verkrachtingen en seksuele aanrandingen geweest door de bemanningen van de schepen. Veel mensen sprongen overboord. Ze pleegden zelfmoord, omdat ze dat als enige uitweg zagen. Of ze gooiden hun kinderen overboord, want ze wilden geen onzekere toekomst voor hun kind.

00:11:25 Janine Abbring: Terwijl ze daar aanvankelijk wel zelf voor hadden gekozen, toch?

00:11:28 Sarojini Lewis: Ja, dat zou je kunnen zeggen, maar dat was niet altijd zo. De recruiters in India moesten aan hun quota komen. Dat was 40 procent per schip.

00:11:42 Janine Abbring: Er was dus een vrouwenquotum van 40 procent. Dus de bedoeling was 60 procent mannen en 40 procent vrouwen. Weten we waarom dat zo was?

00:11:52 Sarojini Lewis: Ja, dat was zo omdat ze sterke mannen zochten die de agrarische werktaken konden verrichten. Maar om het economisch perspectief te behouden, zouden er vrouwen nodig zijn om de community in stand te houden en nieuwe arbeiders te hebben in het land waar die mensen naartoe gingen.

00:12:14 Janine Abbring: Je bedoelt dat ze kinderen zouden krijgen?

00:12:15 Sarojini Lewis: Ja, voor de voortplanting. Dat was nodig, want dan hoefde je al die schepen niet te betalen. Ik denk dat het quotum niet altijd gehaald kon worden. Vrouwen zijn vaak onvrijwillig gekidnapt in het land, ze zijn misleid, ze zijn geslagen of gewoon de treinen ingeduwd. Er zijn stukken te zien in de nationale archieven van Delhi, waarin dat ook wordt beschreven.

00:12:51 Janine Abbring: Eén van de eerste foto's die je ziet in de presentatie in het Rijksmuseum is gemaakt op één van de schepen. Door wie is de foto gemaakt?

00:13:00 Eveline Sint Nicolaas: Dat weten we niet helemaal zeker, maar waarschijnlijk door Gomez Burke. De foto zit in één van de albums van Hendrik Doijer, de andere amateurfotograaf. Die heeft allerlei foto's verzameld, ook van de andere fotografen. Waarschijnlijk is deze gemaakt in 1849. Het is een heel uniek beeld van slapende mensen aan boord van een schip.

00:13:21 Janine Abbring: Kun je omschrijven wat we zien op de foto?

00:13:23 Eveline Sint Nicolaas: We zien een groep vrouwen, kinderen, maar ook een man liggend rondom een kist, waar waarschijnlijk hun kostbaarheden inzitten. Ze liggen onder een zonnedek. Bijna iedereen slaapt of lijkt te slapen. Maar één vrouw kijkt eigenlijk de fotograaf - en dus ook ons nu - met een waakzame blik aan. Ze kijkt in de camera, heel bijzonder.

00:13:49 Janine Abbring: Zou je verwachten dat mannen en vrouwen gescheiden waren op zo'n schip? Was dat niet het geval?

00:13:53 Eveline Sint Nicolaas: Voor de grote overtocht waren ze zeker gescheiden, tenzij het om echtparen ging. Maar misschien is hier een transport vastgelegd op een kortere afstand of was het een kleinere groep die al aan een plantage was toebedeeld.

00:14:10 Janine Abbring: Sarojini, wat zie jij als je naar deze foto kijkt?

00:14:13 Sarojini Lewis: Het viel mij op hoe zij de fotograaf confronteert. Liggend, maar door de spleetjes van haar ogen kijkt zij die man indringend aan. Als je dichterbij komt, dan grijp ik in.

00:14:34 Janine Abbring: Wat voor positie hadden vrouwen? Tijdens de reis hebben we al een beetje vernomen. Dat was gevaarlijk. Ze moesten op hun hoede zijn. Wat voor positie hadden zij eenmaal in Suriname, Eveline?

00:14:48 Eveline Sint Nicolaas: Sarojini vertelde net dat er een quotum was op die schepen van 40 procent vrouwen. In de praktijk kwam het in Suriname vaak neer op 70 procent mannen en 30 procent vrouwen. Dus je kunt je voorstellen dat die vrouwen een hele kwetsbare positie hadden, omdat er zoveel mannen waren.

00:15:05 Janine Abbring: Letterlijk en figuurlijk een minderheid.

00:15:07 Eveline Sint Nicolaas: Veel mannen kwamen alleen vanuit India naar Suriname, maar wilden wel graag een vrouw. Dus de vrouwen waren ook geliefd en gewild. Dat gaf ze een bepaalde machtspositie, want ze konden mannen onderling tegen elkaar uitspelen. Er werden bijvoorbeeld juwelen gevraagd bij het aangaan van een relatie. Dat is heel interessant. Het aantal juwelen dat we zien op foto's zegt iets over de positie van de vrouw. Aan de ene kant was het kwetsbaar. Aan de andere kant bood die minderheidspositie zeker ook kansen en zien we dat vrouwen vaak hele krachtige posities innemen en ook een belangrijke rol gaan vervullen binnen de Hindoestaanse gemeenschap in Suriname.

00:15:55 Janine Abbring: Dus als je slim genoeg was, kon je die positie ook in je voordeel laten werken?

00:16:01 Eveline Sint Nicolaas: Ja. Het kastensysteem is heel sterk in India en dat is een heel patriarchaal systeem. Daarvan wordt wel gezegd dat er tijdens die drie maanden aan boord van de schepen al een erosie plaatsvindt. Met heel veel mensen op een schip is het bijvoorbeeld moeilijk om altijd afstand te houden en er ontstaan vriendschappen tussen mannen die geen meer rekening houden met de kasten.

00:16:31 Janine Abbring: De hiërarchie verdween.

00:16:32 Eveline Sint Nicolaas: Precies. Dat vind ik ook heel interessant aan het onderzoek wat Sarojini in Suriname heeft gedaan. Daar zie je bijvoorbeeld dat een vrouw van een lage kaste in Suriname een stuk land verkoopt aan een man van een hoge kaste. Een situatie die in India ondenkbaar zou zijn. Daar is überhaupt geen handel tussen lage en hoge kasten op die manier. Dus vrouwen zien ook kansen in de situatie waarin ze terecht kwamen.

00:17:06 Janine Abbring: In de presentatie in het Rijksmuseum is ook zo'n ketting te zien. Sarojini, kun jij hem omschrijven?

00:17:11 Sarojini Lewis: Ja, het is een ketting aan een touw, gemaakt van stof en daaraan hangen diverse munten. Die munten komen ook uit de tijd van de contractarbeid. Die munten staan natuurlijk voor een bepaalde waarde.

00:17:27 Janine Abbring: Een andere foto die te zien is in de presentatie is een foto van Kabutari. Eveline, wie was zij?

00:17:33 Eveline Sint Nicolaas: Ja, dat is een heel mooi voorbeeld, denk ik, van onze worsteling van de bronnen. De foto van Kabutari zit in het album van Théodore van Lelieveld.

00:17:42 Janine Abbring: Eén van die twee amateurfotografen.

00:17:44 Eveline Sint Nicolaas: Ja, dat waren Hendrik Doijer en Théodore van Lelieveld. Het grote geluk van het album van Théodore van Lelieveld is dat hij heel vaak onderschriften bij de foto's maakte. Onder een wat bewerkte foto van een meisje met een papegaai heeft hij geschreven Kabutari. Dat is, denk ik, een heel mooi voorbeeld van onze worsteling. Hoe ga je om met de foto's die heel erg de blik van de fotograaf laten zien en zijn fascinatie voor het vrouwelijk schoon dat hij om zich heen zag? Hij gebruikte die foto's vaak voor artikelen die Van Lelieveld ook schreef over de kleding en de sieraden van de vrouw. Maar is dat nou de werkelijkheid?

00:18:28 Janine Abbring: Ze staat op de foto met een papegaai bijna alsof zij ook een papegaai is. Op een manier van: wat exotisch! Het is natuurlijk een totale mannelijke blik kijkend naar zo'n tafereel.

00:18:40 Eveline Sint Nicolaas: Ja, die beelden zie je vaak op ansichtkaarten terug. Daar laten we er ook een aantal van zien in de presentatie. Dat beeld van die mooie vrouwen werd verspreid via die ansichtkaarten over de hele wereld. Maar dat hij haar naam Kabutari eronder schreef, was voor ons de sleutel om te kijken of we haar terug konden vinden in de archieven in Suriname.

00:19:03 Janine Abbring: En konden we dat?

00:19:04 Sarojini Lewis: We zagen wel een contract waarvan wij dachten van het van haar moet zijn geweest. Dat is de enige die het mogelijk zou kunnen zijn geweest, omdat ze drie jaar oud is als zij met het contractnummer 1031 aan het werk gaat in het jaar 1884.

00:19:26 Janine Abbring: Dus ze was drie jaar toen ze op die plantage terechtkwam?

00:19:29 Sarojini Lewis: Ja.

00:19:29 Janine Abbring: En dat weten we omdat je dat hebt gevonden in de archiefstukken?

00:19:33 Sarojini Lewis: Ja, dat komt uit het archiefstuk naar voren. Er staat ook bij dat zij een moslim is. Dat is opvallend omdat ze zo'n typisch hindoe-achtig hoofdsieraad op heeft. Daar hadden we ook onze twijfels over. Hoe kan dat? Zou de fotograaf dat geïnitieerd hebben? Er waren dus een paar vraagstukken bij waarvan we dachten dat sieraden en geloof niet helemaal overeen kwamen. Maar als we kijken naar de leeftijd, is zij wel de enige die dat geweest zou kunnen zijn.

00:20:10 Janine Abbring: Op de foto is ze veertien jaar oud.

00:20:11 Eveline Sint Nicolaas: Ja, het moment dat Van Lelieveld fotografeert is tussen 1895 en 1898. Als je terugrekent naar het moment dat ze op de driejarige leeftijd naar Suriname kwam, dan moet ze op de foto ongeveer veertien jaar oud zijn. Ze werd toegewezen aan plantage De resolutie. Dan opeens - tenminste dat heb ik - zie je een heel ander verhaal schuilgaan achter die foto. Die foto is bewerkt en er wordt heel erg de nadruk gelegd op haar als figuur, als illustratie van die geschiedenis.

00:20:45 Janine Abbring: Ze is echt neergezet.

00:20:46 Eveline Sint Nicolaas: Ja.

00:20:46 Janine Abbring: Opvallend is dat je geen foto's ziet van het werk op die plantages.

00:20:52 Eveline Sint Nicolaas: Nee, dat klopt. Ik heb het idee dat die amateurfotografen heel erg gefascineerd zijn, doordat er opeens een groep mensen naar Suriname komt met een heel ander uiterlijk, prachtige kleding en sieraden. Ze leggen ze vast in het immigratiedepot, een beetje in Paramaribo, een aantal keer op een plantage, maar eigenlijk nooit aan het werk. Wat later, maar dan zitten we al rond 1910-1920, kom je wel wat foto's tegen van het echte werk in het veld of de fabriek. Op Mariënburg bijvoorbeeld. Maar zeker van die eerste generatie contractarbeiders zijn weinig foto's dat ze echt aan het werk zijn.

00:21:34 Janine Abbring: Sarojini, jij bent in Suriname in die archieven gedoken. Je bent daar van alles tegengekomen want je hebt daar uitvoerig onderzoek naar gedaan. Je wil een klein stukje voorlezen uit een document uit die archieven. Wat is het? Waar gaan we naar luisteren?

00:21:47 Sarojini Lewis: Dit is een gebeurtenis op de plantage Vossenburg. Ik kwam het tegen in 1911, dus de twintigste eeuw.

00:21:58 Janine Abbring: Wie horen we?

00:21:59 Sarojini Lewis: We horen de man Kali, een vrije Brits-Indische immigrant en zijn vrouw Budia. Kali, vrije Britse Indische immigrant verklaart dat hij op Vossenburg was en werd op vrijdag gehaald door zijn vrouw Budia, die hem medegedeeld heeft dat in de afgelopen nacht vier watermeloenen door kwaadwillige handen werden weggerukt. Dat zij die nacht honden heeft horen blaffen en toen zij evenals haar moeder naar buiten kwam om te zien wat er te doen was, bemerkte zij zei dat iemand zich van de watermeloenbedden verwijderde en dan koers naar de kant van Doorga. Budia verklaart: mijn man Kali was naar Vossenburg. Donderdagavond lag ik en mijn moeder thuis. Ik hoorde onophoudelijk de honden blaffen. Ik zag toen door het licht van de lamp die ik in mijn hand droeg, iemand zich uit de voeten maken en in de richting van perceel Doorga ging. Ik kon niet opmaken wie het was. 's Morgens ben ik naar de watermeloenbedden gegaan en bemerkte dat de planten waren uitgerukt. Ik had op niemand vermoeden gehad. Ik ging toen mijn man halen op Vossenburg.

00:23:23 Janine Abbring: Dat is eigenlijk een verslag van een diefstal.

00:23:26 Sarojini Lewis: Ja, dat klopt inderdaad. Wat ik er zo mooi aan vind, is de schilderachtige manier waarop het beschreven is. Dus de beeldende kracht van deze fragmenten, waardoor je je kunt inleven hoe ze op zo'n plantage leefden en dat ze dus ook nog hun eigen watermeloenen probeerden te kweken op een stukje grond. Ze zei: met het licht van de lamp. Er was waarschijnlijk heel weinig licht, terwijl ze iemand ziet wegrennen van het watermeloenbed.

00:23:59 Janine Abbring: Terwijl je de hond hoort blaffen.

00:24:00 Sarojini Lewis: Dat is voor mij heel filmisch. Ik kan me helemaal inleven dat je op die plantage bent en dat er zoiets gebeurt. Er waren hongerige mensen, want er was niet zo heel veel te eten waarschijnlijk. Voor hen is het een heel ernstig vergrijp.

00:24:19 Janine Abbring: Als iemand je watermeloenen probeert te stelen, dan verdedig je die met je leven.

00:24:24 Sarojini Lewis: Ja, zo'n beetje. Dat vond ik wel heel bijzonder daaraan.

00:24:37 Janine Abbring: Je vertelde eerder dat ze een soort terugreisgarantie kregen. Hoeveel van de contractarbeiders gingen uiteindelijk terug naar India? Weten we dat?

00:24:44 Eveline Sint Nicolaas: Rond de 11.000 van de ruim 34.000 contractarbeiders zijn teruggegaan. Je kreeg een contract voor vijf jaar. Dat kon je eventueel nog verlengen. Heel vaak bleven mensen ook. Het was niet zo makkelijk om terug te keren als je bent vertrokken met het idee dat je geld gaat verdienen, terwijl dat in veel gevallen helemaal niet was gelukt. Men had inmiddels een gezin opgebouwd.

00:25:13 Janine Abbring: Die kinderen kennen niks anders.

00:25:15 Eveline Sint Nicolaas: Nee, dus heel veel Hindoestanen bleven uiteindelijk in Suriname.

00:25:20 Janine Abbring: Sarojini, wat hoop jij dat mensen uit deze presentatie halen?

00:25:25 Sarojini Lewis: Ik hoop wel dat ze er heel veel uit halen en dat ze ook even stilstaan bij het feit dat er in Suriname een migratiestroom heeft plaatsgevonden vanuit India en dat het een land is met heel veel etniciteiten. Vooral nu ik in de media zoveel raciale spanningen zie tussen Afro-Surinamers en Hindoestanen, denk ik dat dit misschien een voorbeeld is om ook te denken hoe zo'n situatie is geweest. Dat geeft de mogelijkheid om tot een ander soort discussie te kunnen komen dan die je nu vooral ziet. Ik hoop dat men vanuit een nieuwsgierigheid naar de koloniale geschiedenis deze presentatie gaat bekijken. Het is een hele mannelijke discussie, waarbij alleen de oudere generatie van Hindoestaanse mannen het woord hebben.

00:26:28 Sarojini Lewis: Daar irriteer ik me mateloos aan. Daar heb ik Eveline ook meerdere keren over gebeld. Kijk wat er nu weer in de krant staat. Iemand heeft het over een kapmes. Kan het niet ergens anders over gaan? Ik irriteer me daaraan en denk: waar is het vrouwelijke perspectief? Waarom krijgen we nooit een stem? Daarom ben ik zo dankbaar dat ik hier mag zitten en ik een stem krijg in het hele verhaal. Ik wil op een heel andere manier deze geschiedenis belichten, echt vanuit het vrouwelijke perspectief, omdat ze gecensureerd worden uit de hele geschiedenis, in hun stemmen en in hun dagboeken. Ze worden neergezet als analfabete vrouwen, die waarschijnlijk alleen maar in de keuken stonden en taken voor hun man moesten doen.

00:27:21 Sarojini Lewis: Maar er waren ook hele intelligente vrouwen bij, die wel wisten hoe ze moesten overleven, die generatie op generatie keihard gewerkt hebben. Ze werkten niet alleen op de plantage, maar ze moesten ook voor hun man koken en voor de kinderen zorgen. Ze hadden geen zwangerschapsverlof op die plantage. Er kwam kind na kind. Mijn voorouder had zestien kinderen. Ik denk dat dit ook een heel bizarre geschiedenis is in wat er allemaal aan te pas is gekomen. Door middel van de kracht van de beelden krijg je een soort inlevingsvermogen in die geschiedenis. Het is een raam naar de realiteit van die koloniale geschiedenis.

00:28:12 Janine Abbring: De presentatie met foto's over 150 jaar contractarbeid is nog te zien in het Rijksmuseum tot en met 27 november 2023. Sarojini en Eveline schreven een artikel over dit onderwerp. Dat is te lezen in het aprilnummer van het tijdschrift Fotografisch geheugen. Dit was een bonusaflevering van de podcast In het Rijksmuseum. Hou het kanaal in de gaten voor nog meer verhalen over kunst en geschiedenis.

Tentoonstelling

Lees hier meer over de tentoonstelling. Te zien van 1 juni t/m 27 november.

Met dank aan

Deze podcast is powered by ING.