Een jonge hond, zo zou je Wouter van Troostwijk (1782-1810) kunnen typeren, die samen met andere jonge kunstenaars aan het begin van de 19de eeuw met een frisse blik naar het Nederlandse landschap keek. Hoewel een kunstcriticus hem vergeleek met de beroemde 17de -eeuwse veeschilder Paulus Potter, moest Troostwijk daar niks van weten: hij volgde alleen de natuur.


{{ 1 | leadingZero }}
Hollands licht
De Amsterdammer Van Troostwijk hield van het boerenland. Hij beeldde het af in koel natuurlijk licht, met als terugkerend motief een boerenhoeve of schuur. De kleuren zijn overwegend helderblauw en diepgroen met een paar frisse accenten door een witte koe, een figuur in hemdsmouwen of een laken dat bleekt in de zon.
Een bouwhoeve aan de oever van een beek in Gelderland Wouter Johannes van Troostwijk (1782-1810), olieverf op doek, ca. 1805-1810


{{ 2 | leadingZero }}
Een vroeg gestorven genie
Nonchalant achterover wippend op zijn stoel, nodigt de schilder ons uit om zijn atelier als het ware binnen te stappen. Hij won al met 25 jaar een gouden medaille voor zijn werk maar drie jaar later was hij helaas al overleden, volgens overlevering door het te lang tekenen ‘s avonds buiten in de kou.
Zelfportret Wouter Johannes van Troostwijk (1782-1810), olieverf op papier op karton op paneel, ca. 1809


{{ 3 | leadingZero }}
Observatie als basis
Elke schilder, of hij nu landschap, vee of mensen wil afbeelden, moet zijn oog scherpen door levenslange observatie. Van Troostwijk was er een meester in. Hij tekende mensen in al hun dagelijkse bezigheden met een fijn gevoel voor een karakteristieke houding.
Geknielde man schept water met een kan


{{ 4 | leadingZero }}
Stil evenwicht
Op zijn stille, winterse Raampoortje in Amsterdam toont Van Troostwijk de beslotenheid van de vroeg-19de-eeuwse stad. Maar uiteindelijk gaat het hier weer om het licht: het koud-grijze ijs en de sneeuw op de daken vinden hun tegenwicht in het roodbruin van de baksteen, dakpannen en de roze avondlucht.
Het Raampoortje in Amsterdam Wouter Johannes van Troostwijk (1782-1810), olieverf op doek, 1809


{{ 5 | leadingZero }}
Veeschilder
Boven alles was Van Troostwijk een veeschilder. Eindeloos tekende hij koeien, schapen en paarden die vervolgens werden opgenomen in een grotere compositie met een sterk licht-donker contrast. Die lichtval brengt de koe tot leven en verstopt de melkende vrouw in de schaduw.
Een bouwhoeve in Gelderland


{{ 6 | leadingZero }}
Humor
In zijn zelfportretten, etsen en tekeningen laat Van Troostwijk zien dat hij de wereld met humor bekijkt. Zo lijkt deze rustende jager wel uitgedroogd en zijn slapende honden uitgeput. De kunstenaar tekende en etste zo’n prent zelf.
Rustende jager met slapende honden


{{ 7 | leadingZero }}
Vriendschap boven kunst
Van Troostwijks familie was rijk en hij hoefde niet van zijn kunst te leven. Om zijn kunstvrienden op de kunstmarkt niet voor de voeten te lopen, exposeerde hij daarom weinig. Maar hij trok er wel graag samen met hen op uit om naar de natuur te tekenen.
Portret van Albertus Brondgeest al tekenend


{{ 8 | leadingZero }}
Vakmanschap
De kunstenaar schilderde en tekende niet alleen, hij legde zich ook toe op het etsen en behaalde daarmee een hoog niveau en zijn eerste succes. De gedetailleerdheid van deze ramskop is ongelooflijk.
Ramskop


{{ 9 | leadingZero }}
Levensecht
Van Troostwijk tekende opvallend vaak naar geklede modellen in plaats van het traditionele academische naakt. Boeren, melkmeisjes of straatjongens boden hem meer natuurlijke levendigheid. Hij plaatste de figuren vervolgens in een landschap of veestuk.
Figuurstudie van een vrouw op de rug gezien


{{ 10 | leadingZero }}
Meester van de intimiteit
Een jonge meestertekenaar, zo zou je Van Troostwijk kunnen typeren. Zijn werk is een observatie van gewone dagelijkse scènes samen met een open blik die de wereld omarmt. Een stille intimiteit die je niet meer vergeet.
Jeugdige hengelaar