Cornelis Troost

Uit de serie Nederlandse meesters in 10 wapenfeiten

Het oeuvre van Cornelis Troost is even omvangrijk als gevarieerd. Met intieme familieportretten en verbeeldingen van humoristische toneelscenes ontwikkelde hij zich toch een van de belangrijkste schilders van de Nederlandse 18de eeuw.

Familiegroep bij een klavecimbel Familiegroep bij een klavecimbel

{{ 1 | leadingZero }}

Huiselijke familieportretten

Begin 18de eeuw kwam in heel Europa een speciaal type portret in de mode, het conversatie-stuk. Op deze informele portretten zien we de geportretteerden zich in huiselijke setting met elkaar onderhouden. Troost leverde een grote bijdrage aan deze ontwikkeling in Nederland.

Familiegroep bij een klavecimbel Cornelis Troost (1696-1750), olieverf op doek, 1739

Cornelis Troost Cornelis Troost

{{ 2 | leadingZero }}

Groepsportretten

Portretten van bestuurlijke colleges zijn een typisch Nederlandse traditie. Troost vestigde zijn naam met een groot groepsportret van de inspecteurs van het Collegium Medicum van Amsterdam. Hij schilderde ook een anatomische les, naar het voorbeeld van Rembrandt.

Portret van de inspecteurs van het Collegium Medicum, 1724. Bruikleen van de gemeente Amsterdam.

Portret van Joan Jacob Mauricius, gouverneur-generaal van Suriname Portret van Joan Jacob Mauricius, gouverneur-generaal van Suriname

{{ 3 | leadingZero }}

Originele technieken

Troost was uiterst bedreven in het werken in pastel. Dankzij de losse toets van het pastelkrijt maken zijn portretten een levendige, authentieke indruk. Door dit te combineren met uitvoerige dekverf leverde Troost een heel originele bijdrage aan de Europese kunst.

Portret van Joan Jacob Mauricius, gouverneur-generaal van Suriname Cornelis Troost (1696-1750), pastel en gouache op papier, 1741

Portret van een lid van de familie Van der Mersch Portret van een lid van de familie Van der Mersch

{{ 4 | leadingZero }}

Snapshot

Om zijn portretten te verlevendigen, paste Troost het effect van een snapshot toe. Hij liet zijn model wat opzij kijken, alsof deze in zijn bezigheden is onderbroken. Ook een detail als gemorste poeder op een schouder, laat zien dat de geportretteerde geen bezoek verwacht.

Portret van een lid van de familie Van der Mersch Cornelis Troost (1696-1750), olieverf op paneel, 1736

'De Geveinsde Droefheid': eerste bedrijf, elfde toneel van het blijspel 'De Ontdekte Schijndeugd' van David Lingelbach (1687) 'De Geveinsde Droefheid': eerste bedrijf, elfde toneel van het blijspel 'De Ontdekte Schijndeugd' van David Lingelbach (1687)

{{ 5 | leadingZero }}

Op de bühne

Troost schilderde en tekende veel voorstellingen van theaterscènes. Veel van de kluchten en blijspelen kende hij uit zijn tijd als acteur. Troost had een grote liefde voor het theater en speelde in zijn jonge jaren zelf toneel, samen met zijn vrouw Susanna Maria van der Duyn.

'De Geveinsde Droefheid': eerste bedrijf, elfde toneel van het blijspel 'De Ontdekte Schijndeugd' van David Lingelbach (1687)

Johanna en de Joodse kooplieden Johanna en de Joodse kooplieden

{{ 6 | leadingZero }}

Toneelmatige ensceneringen

Het waren vooral blijspelen en kluchten die Troost uitbeeldde. De scènes spelen zich niet af op het toneel, maar in een huiselijk interieur of op straat. Het toneelmatige zit hem de karikaturale weergave van de hoofdpersonen, de rekwisieten en het soms ondiepe beeldvlak.

Johanna en de Joodse kooplieden Cornelis Troost (1696-1750), olieverf op paneel, 1741

Ibant qui poterant, qui non potuere cadebant (Wie nog kon lopen ging heen, wie dat niet meer kon, viel om), 1739. Ibant qui poterant, qui non potuere cadebant (Wie nog kon lopen ging heen, wie dat niet meer kon, viel om), 1739.

{{ 7 | leadingZero }}

Een beroemd avondje uit

De NELRI-serie behoort tot de beroemdste werken van Troost. De vijf pastels vormen een humoristisch beeldverhaal over een gezellige avond van een groep deftige heren. De naam van de serie is een samenvoeging van de beginletters van de vijf Latijnse titels.

Ibant qui poterant, qui non potuere cadebant (Wie nog kon lopen ging heen, wie dat niet meer kon, viel om), 1739, collectie Mauritshuis

Wachtlokaal met lezende, rokende en kaartspelende officieren Wachtlokaal met lezende, rokende en kaartspelende officieren

{{ 8 | leadingZero }}

Militaire taferelen

In de jaren 1740 legde Troost zich toe op militaire onderwerpen. Voor zijn militaire wachtkamers vond hij een geheel nieuwe vorm. In plaats van rommelig en half donker, zoals op 17de-eeuwse schilderijen, zijn Troosts wachtkamers helder en overzichtelijk.

Wachtlokaal met lezende, rokende en kaartspelende officieren

De vogel Phoenix De vogel Phoenix

{{ 9 | leadingZero }}

Decorstukken en interieurschilderingen

Zowel het kleine als het grote formaat was Troost toevertrouwd. Amsterdamse grachten-panden decoreerde hij met interieurschilderingen. Hiervoor had hij de nodige ervaring opgedaan bij de Amsterdamse schouwburg, waar hij naast acteur ook decorschilder was.

De vogel Phoenix

Het werd rumoerig in huis Het werd rumoerig in huis

{{ 10 | leadingZero }}

Sara Troost

Troost gaf tekenles aan zijn dochters Elisabeth en Sara. Sara was het meest talentvol. Ze oefende zich door haar vaders werk te kopiëren en legde zich daarna toe op het maken van pastelportretten. Toen haar vader jong overleed, kon ze met haar werk het gezin onderhouden.

Het werd rumoerig in huis Sara Troost (1732–1803) naar Cornelis Troost (1696–1750), penseel in dekverf in kleuren, 1768–1771