Allegorisch portret van Bartholomeus Spranger en zijn vrouw Christina Muller, Aegidius Sadeler (II), 1600

Titel(s)

Allegorisch portret van Bartholomeus Spranger en zijn vrouw Christina Muller

Objecttype

• prent

Objectnummer

RP-P-1940-1669

Catalogusreferentie

• Hollstein Dutch 332-1(2)

Opschriften / Merken

• verzamelaarsmerk, verso midden onder, gestempeld: Lugt 2228
• verzamelaarsmerk, verso midden onder, gestempeld: Lugt 2760

Omschrijving

Gedenkprent voor de overleden vrouw van de schilder Batholomeus Spranger. Links Bartholomeus Spranger en rechts zijn vrouw Christina Muller. De twee portretten worden omringd door de personificaties van de vrije kunsten, het geloof, de tijd, de dood en de roem.

Vervaardiger

• prentmaker: Aegidius Sadeler (II) (vermeld op object)
• opgedragen aan: Bartholomeus Spranger (vermeld op object)
• opgedragen door: Aegidius Sadeler (II) (vermeld op object)

Plaats vervaardiging

Praag

Datering

1600

Fysieke kenmerken

gravure

Materiaal

• papier

Techniek

graveren (drukprocedé)

Afmetingen

blad: hoogte 299 mm × breedte 423 mm

Wat

• person(s) sitting among objects forming a 'Vanitas' still life
• Father Time, man with wings and scythe
• (story of) Minerva (Pallas, Athena)
• Fame; 'Fama', 'Fama buona', 'Fama chiara' (Ripa)
• Death as skeleton
• Father Time, man with wings and scythe
• tools, implements of painter
• Faith, 'Fides'; 'Fede', 'Fede catholica', 'Fede christiana', 'Fede christiana catholica' (Ripa) ~ one of the Three Theological Virtues
• ornament ~ festoon, garland

Wie

• Bartholomeus Spranger
• Christina Muller

Credit line

• Aankoop uit het F.G. Waller-Fonds

Verwerving

aankoop 1940

Copyright

Publiek domein

Gerelateerd

• Portret van Christina Muller, echtgenoot van Bartholomeus Spranger

• Graveurs en uitgevers Sadeler, p. 35 (afb.), cat.nr. 25
• Aegidius Sadeler to Raphael Sadeler II : plates, p. 85 (afb.), cat.nr. 332
• Aegidius Sadeler to Raphael Sadeler II : text, p. 72, cat.nr. 332
• Andermaal Michiel van Musscher : zijn zelfportretten, Pieter J.J. van Thiel, p. 145, afb. 14